G1a - 13-1-21

Nederlands - 13 januari 2021
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Nederlands - 13 januari 2021

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
  • cijfers proefwerk leesvaardigheid
  •  terugkijken naar week 51 en week 1
  • uitleg week 2
  • aan het werk met de weektaak

Slide 2 - Tekstslide

Cijfers
  • In de chat: 

  • TF: taalfouten   //     N = 1,1
  • % OB goed (leerwerk en theorie direct toepassen)
  • % IT goed (tekstbegrip, inzicht)
  • slordigheidsfouten: beter lezen, geen zin geformuleerd en niets ingevuld.
  • minuten: aantal minuten aan de toets gewerkt.
  • groen = voldoende tot goed - oranje = matig tot onvoldoende

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik op huiswerk week 51 en week 1
  • online werken
  • havo/vwo-methode
  • aanwijzingen opvolgen, beter lezen en kritischer zijn
  • check bij je maatje/ een andere klasgenoot


Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Wat heb jij onthouden van het huiswerk?
In hoog tempo...

Slide 6 - Tekstslide

Noteer het verkleinwoord:
auto

Slide 7 - Open vraag

Noteer het verkleinwoord:
kiwi

Slide 8 - Open vraag

Noteer het verkleinwoord:
baby

Slide 9 - Open vraag

Noteer het verkleinwoord:
ketting

Slide 10 - Open vraag

Noteer het verkleinwoord zoals je het zou afbreken:
café

Slide 11 - Open vraag

Noteer het verkleinwoord zoals je het zou afbreken:
bikini

Slide 12 - Open vraag

Noteer het verkleinwoord zoals je het zou afbreken:
bar

Slide 13 - Open vraag

Wat is het grondwoord in de afleiding?
muzikaal

Slide 14 - Open vraag

Wat is het grondwoord in de afleiding?
representatie

Slide 15 - Open vraag

Voorvoegsels en achtervoegsels
Grondwoord: voegen
voorvoegsel  -  achtervoegsel

-> geven een andere betekenis aan een grondwoord.

Slide 16 - Tekstslide

Wat betekent het voorvoegsel 'anti'?

Slide 17 - Open vraag

Wat betekent het voorvoegsel 'de'?

Slide 18 - Open vraag

Wat betekent het achtervoegsel 'baar'?

Slide 19 - Open vraag

Wat is de juiste vrouwelijke vorm?
adviseur

Slide 20 - Open vraag

Wat is de juiste vrouwelijke vorm?
agent

Slide 21 - Open vraag

Wat is de juiste vrouwelijke vorm?
mentor

Slide 22 - Open vraag

Huiswerk week 2
  • woordenboek: alfabetische volgorde, zoekwoorden, grondwoorden, betekenissen, de-woorden en het-woorden, afkortingen en uitdrukkingen opzoeken 
  • Stappenplan moeilijke woorden

Slide 23 - Tekstslide

Lezen
15.2.1 - 15.2.2 - 15.2.3 -  15.2.4 - 15.2.5 - 15.2.6 - 15.2.7
timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

Kikkert, Hoogendam, Meijer, Hekman, Heron, Beuzekom, Töpfer, Mensink, Derks, Kaper, Boer?

Slide 25 - Open vraag


Fight is een ...
A
grondwoord
B
zoekwoord
C
trefwoord
D
werkwoord

Slide 26 - Quizvraag


Schoenis een ...
A
grondwoord
B
zoekwoord
C
trefwoord
D
werkwoord

Slide 27 - Quizvraag

De 'm' achter een woord betekent
A
moeilijk woord
B
meervoud
C
mannelijk
D
meer betekenissen

Slide 28 - Quizvraag

Voor een de-woord gebruik je de of die
A
waar
B
niet waar
C
hangt van de betekenis af

Slide 29 - Quizvraag

Een het-woord is
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
genderneutraal
D
onzijdig

Slide 30 - Quizvraag

Weektaak
W Woordenschat > W.1 Woordbetekenissen

Slide 31 - Tekstslide