Drogredenen

Drogredenen 
en moeilijke
 woorden
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Drogredenen 
en moeilijke
 woorden

Slide 1 - Tekstslide

“Als je tegen deze nieuwe veiligheidsmaatregelen bent, geef je niet om de veiligheid van onze kinderen.”
A
Bespelen van publiek
B
Persoonlijke aanval
C
Cirkelredenering
D
Onjuist beroep op autoriteit

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een 'aanleiding'?
A
Onderbouwing van een argument
B
Drogreden
C
Omstandigheid die ergens toe leidt
D
Een deskundige

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een drogreden
A
een geldige reden
B
een vals argument
C
een mening van iemand
D
een aanleiding

Slide 4 - Quizvraag

Wat is suggestief?
A
je geeft een oordeel in een vraag
B
je bent heel open en afwachtend

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een conclusie
A
begin van de tekst
B
slotsom
C
standpunt
D
argument

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent karakteriseren?
A
karaktertrek
B
eigenschap
C
omschrijven
D
veranderen

Slide 7 - Quizvraag

Welke drogreden zie je hier:
“We moeten deze regels volgen omdat ze de regels zijn.”
A
Cirkelredenering
B
Onjuist beroep op autoriteit
C
Persoonlijke aanval
D
Bespelen van publiek

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent onomstreden?
A
Duidelijk
B
Niet veel besproken
C
Veel besproken
D
Dilemma

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent nuanceren?
A
Tegenspreken
B
Meer uitleg geven
C
Iets verzinnen
D
Minder rechtlijnig maken

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent generaliseren?
A
Een probleem oplossen
B
Omschrijven
C
veralgemenen
D
Typeren

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent onmiskenbaar?
A
Overduidelijk
B
Omstreden
C
Onduidelijk
D
Verwarrend

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent weerleggen?
A
Verplaatsen
B
Tegenspreken
C
Bevestigen

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent controverse?
A
Onprofessioneel
B
Er zijn veel verschillende meningen over iets
C
Er heerst een taboe over het onderwerp
D
Het is een ouderwets verhaal

Slide 14 - Quizvraag