les 9

Deze les
Ken je woorden uit de vorige lessen.
Oefen je met zoekend luisteren.
Herken je het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst
herken je het doel en het publiek van een leestekst.


1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Deze les
Ken je woorden uit de vorige lessen.
Oefen je met zoekend luisteren.
Herken je het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst
herken je het doel en het publiek van een leestekst.


Slide 1 - Tekstslide

nuttig
Een brandalarm oefenen is heel nuttig, zo weet je wat je moet doen.
A
ergens goed voor
B
ergens niet goed voor
C
onnodig
D
weet het niet

Slide 2 - Quizvraag

grondig
Hassan maakte zijn huis na het feest grondig schoon.
A
grond
B
zorgvuldig
C
diepgaand
D
weet het niet

Slide 3 - Quizvraag

toelichten
De student licht zijn vraag toe.
A
stoplicht
B
zwijgen
C
uitleg geven
D
weet het niet

Slide 4 - Quizvraag

Variëren
A
veranderen
B
wisselen
C
steeds een beetje verschillen
D
weet het niet

Slide 5 - Quizvraag

gering
Er was een geringe hoeveelheid nodig van de siroop om limonade te maken.
A
veel
B
klein beetje
C
gemiddeld
D
weet het niet

Slide 6 - Quizvraag

nieuwe woorden
Nu Nederlands deel A
woordenschat 3.2 moeilijke woorden
woordenlijst 3 blz. 181

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

NU Nederlands woordlijst 3 blz. 181
Maken opdracht 1 en 2
15 minuten

Slide 17 - Tekstslide

jeugdjournaal
Kijk-en luistervragen

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het thema van deze week?
A
Grapje! is niet grappig
B
Grapje! is soms grappig
C
Grapje! Moet toch kunnen
D
weet niet

Slide 19 - Quizvraag

waarmee worden kinderen gepest?
A
uiterlijk
B
kleding
C
gedrag
D
weet niet

Slide 20 - Quizvraag

Waarom vindt de organistie het heel belangrijk dat over pesten wordt gepraat?
A
omdat het pesten eerder kan stoppen
B
omdat het pesten altijd stopt
C
omdat er dan niet meer gepest wordt
D
weet niet

Slide 21 - Quizvraag

Wat kun je doen als je ziet dat er in de klas wordt gepest?
A
vraag om te stoppen
B
vertel erover aan iemand die je vertrouwt
C
geef degene die wordt gepest troost en steun
D
je kunt niets doen

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Nieuwbegrip
Huiswerk:
vragen maken en betekenis van de woorden opzoeken

Slide 24 - Tekstslide

Nieuwbegrip
Huiswerk controleren
in teams

Slide 25 - Tekstslide

Artikel
  • stukje in een krant of tijdschrift
  • geeft informatie
  • vertelt over de feiten

Slide 26 - Tekstslide

3 Vragen:
  1. Voor wie is dit artikel bedoeld?
  2. Wat is de bedoeling van de schrijver?
  3. wat is de hoofdgedachte van dit artikel?

Slide 27 - Tekstslide

Voorlezen (door de docent)
Artikel: pesten op het werk
(staat in teams  bij ezen)

Slide 28 - Tekstslide

Publiek =
Degene voor wie je de tekst schrijft (degene die het leest)
Wie is het publiek van dit artikel?

Slide 29 - Tekstslide

Doel / bedoeling =
wat de schrijver wilt bereiken
(artikel = informatie geven)
Wat is de bedoeling van de schrijver met dit artikel?

Slide 30 - Tekstslide

Hoofdgedachte =
één zin die de tekst samenvat
Wat is de hoofdgedachte van dit artikel?

Slide 31 - Tekstslide

Noem één feit over pesten op het werk

Slide 32 - Open vraag

Huiswerk maken
Deel A lezen
Hoofdstuk 1 leesteksten verkennen
  • 1.1 opdracht 1,2,3
  • 1.2 opdracht 1 en 2

Slide 33 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
in teams: Deel A lezen
  • 1.1 onderwerp en hoofdgedachte opdracht 1,2,3
  • 1.2 doel en publiek opdracht 1 en 2

Slide 34 - Tekstslide

deze les was leerzaam
😒🙁😐🙂😃

Slide 35 - Poll