Klas 2BK3 - Lesweek 14 - Les 1 (M + W)

• Duits
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Achtung!

- Handys in deine Tasche.

- Auf deinem Tisch liegen:

dein Etui 

dein Projektbuch

- Je zit op je eigen plaats.

Project:

Telt 2 keer 

Deadline:

Montag

15. Januar

2024

Op tijd = bonuspunt

Was machst du heute?

- Hausaufgaben kontrollieren

- Lesen

- Interview 

- Selbständig arbeiten / Hausaufgaben machen.

Zu erst

Start je laptop op.

Open een nieuw Wordbestand.

- Sla eerst je Wordbestand op.

- Naam -> je eigen naam - Projekt Muenster 

- Acitiveer "automatisch opslaan"

Dus: 

Sandra Nijhof - Projekt Muenster

Selbständig arbeiten

- Kapitel 3 -> Interviewfragen (Seite 11)

Fertig?

Kapitel 5 -> Erwartungen vorab (Seite 20)

Kapitel 4 -> Führung 2 (Seite 16)

Kapitel 3 -> Interviewfragen (Seite 11)

Je vormt 2-tallen (of 3-tallen)

Je gaat bij elkaar zitten.

Je bedenkt vragen (16 in totaal) en schrijft ze in je boek.

Daarna gaan we vragen uitkiezen voor het interview

Je krijgt van mij een "Spickzettel" waar de vragen op staan.

Tip! Gebruik deepl.com om de vragen te vertalen.

Interviewfragen

- Ӧffne dein Buch auf Seite 11.

- We kiezen samen de vragen met het Glücksrad

- We beginnen met de vragen waarmee je een interview begint en eindigt.

- Daarna kiezen we  de 5 interviewvragen. Bitte keine dummen Fragen.

- Ik maak speciaal voor jullie een “Spickzettel”.

Interviewfragen

Interviewfragen oefenen

Volgende les

Kapitel 2

- Lesen

Kapitel 3

- Interview oefenen

De smoezen top 5!

Hausaufgaben

Kapitel 4

Führung 2

Kapitel 5

Erwartungen vorab

Bis 13. Dezember

Wat betekent dat eigenlijk?

Project: telt 2 keer mee.

Stel.... je haalt een 3 voor een SO en een 8 voor dit project -> gemiddelde is: 6,3.

Stel..... je haalt een 8 voor een SO en een 3 voor dit project -> gemiddelde is: 4,6.

Deadline:

- Montag 15. Januar 2024.

Op tijd? 

-Bonuspunt 

Smoezen top 5

1. Ik heb het gemaakt maar het ligt nog thuis.  

2. Heu??! Moest dat tegen vandaag?? Ik dacht pas volgende week> 

3. Ik was gisteren heel ziek, maar ik heb vandaag speciaal mijn best gedaan om naar school te komen 

4. Mijn zusje/ broertje was ziek en heeft erop overgegeven.

5. De hond heeft mijn boek opgegeten.