Koude Oorlog deel 3

De Koude Oorlog

Periode 1945-1950

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Koude Oorlog

Periode 1945-1950

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan wij doen?
Instructie
Lezen en maken
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Communisten
Politieke stroming in de Sovjet-Unie

Voorwaarden:
  • Iedereen is gelijk;
  • Iedereen verdient evenveel ;
  • Er is geen privébezit;
  • De staat bezit alle grond, bedrijven en kapitaal;

Doel: geen armoede meer door het afschaffen van privébezit --> Vernietigen van het kapitalisme 


Slide 3 - Tekstslide

Kapitalisme
Tegenhanger van communisme

Economisch systeem:
  • waarin ondernemers zoveel mogelijk winst maken;
  • Grond, bedrijven en kapitaal zijn het bezit van ondernemers;
  • Verschil tussen arm en rijk

Komt veel voor in de wereld:
  • Verenigde Staten
  • Nederland

Slide 4 - Tekstslide

Communisme                     
Kapitalisme
  • Iedereen gelijk en verdient evenveel
  • Geen privébezit
  • De staat bezit alle grond, bedrijven en geld
  • Planeconomie: de regering bepaalt wat de bedrijven moeten maken en hoe hoog de prijzen zijn
  • Politiek: meestal dictatuur
  • Land: Sovjet-Unie

  • Ondernemers willen zo veel mogelijk winst
  • Ondernemers bezitten grond, bedrijven en geld 
  • Mensen verdienen niet evenveel
  • Vrijemarkteconomie: vraag en aanbod bepalen wat er wordt gemaakt en hoe hoog de prijzen zijn 
  • Politiek: meestal democratie
  • Land: Verenigde Staten 

Slide 5 - Tekstslide

Communisme
Kapitalisme
Bezit
Lonen
Doel
Land
Verenigde Staten
Iedereen verdient evenveel
Goed bestaan voor iedereen
Ondernemer verdient meer dan arbeider
Sovjet Unie
Fabrieken zijn eigendom van de staat
Fabrieken zijn eigendom van ondernemers
Zo veel mogelijk winst maken

Slide 6 - Sleepvraag

Bondgenoten worden vijanden
Stalin: SU nooit meer aangevallen door Duitsland

Daarom:
  • Oost-Europa als buffer van landen om de SU heen
  • Serie van conferenties (grote vergaderingen) waarbij de zaken werden geregeld.

Slide 7 - Tekstslide

Conferentie van Jalta
Februari 1945


Afspraken maken over toekomst van Europa
  • Hoe verder na WOII


Leiders van:
  1. Groot-Brittannië: Winston Chrurchill
  2. V.S. : Theodore Roosevelt
  3. Sovjet-Unie: Jozef Stalin

Winston Churchill, leider van Groot-Brittannië
1
Franklin D. Roosevelt, leider van de Verenigde Staten
2
Josef Stalin, leider van de Sovjet-Unie
3

Slide 8 - Tekstslide

Afspraken
Volgende afspraken werden gemaakt:
  • Duitsland en Berlijn werden in vier bezettingszones verdeeld; de Geallieerden bestuurden elk tijdelijk een zone
  • De bevrijde gebieden werden democratisch; volk mag zelf hun leider kiezen
  • De S.U. mocht haar grens naar het Westen opschuiven


Slide 9 - Tekstslide

Conferentie van Potsdam (1)
Juli 1945

Volgende afspraken gemaakt:
  • Nazi’s zouden gestraft worden
  • Duitsland moest een democratisch bestuur krijgen

Leiders van:
  1. Groot-Brittannië: Winston Chrurchill
  2. V.S. : Henry Truman
  3. Sovjet-Unie: Jozef Stalin





Winston Churchill, leider van Groot-Brittannië
1
Henry Truman, leider van de Verenigde Staten
2
Josef Stalin, leider van de Sovjet-Unie
3

Slide 10 - Tekstslide

Conferentie van Potsdam (2)
Relatie verslechterd tussen Stalin en het Westen:
  • Truman (nieuwe president VS) wantrouwde het communisme
  • Stalin bang voor uitbreiding kapitalisme in S.U. 
  • Stalin bang voor de Amerikaanse militaire macht





Clement Attlee, Groot-Brittannië
1
Franklin D. Roosevelt, Verenigde Staten
2
Josef Stalin, Sovjet-Unie
3

Slide 11 - Tekstslide

Wantrouwen groeit
Leidt in 1946 tot begin van Koude Oorlog:
  • Een periode van spanning tussen de communistische Sovjet-Unie en de kapitalistische Verenigde Staten waarin steeds oorlog dreigde tussen beide partijen, maar er nooit een directe oorlog kwam

Koud vanwege de dreiging maar geen direct treffen tussen V.S. en S.U.
  • Wel in vorm van invloed in andere landen

Slide 12 - Tekstslide

Een verdeeld Europa
Na WOII: twee invloedsferen in Europa

Invloedssfeer VS: democratie, vrijemarkteconomie = Westblok

Invloedsfeer SU: dictatuur, planeconomie = Oostblok

Grens tussen twee invloedssferen: IJzeren Gordijn

Slide 13 - Tekstslide

Wat wordt de nieuwe naam van Rusland in 1922?
A
VS
B
Sovjet-Unie
C
Wit-Rusland
D
Communistisch Rusland

Slide 14 - Quizvraag

Welke landen werken er samen om Duitsland te verslaan?
A
Engeland, de VS en de Sovjet-Unie
B
Japan en de VS
C
Japan en Italie
D
Japan en de Sovjet-Unie

Slide 15 - Quizvraag

Wie is wie? Plaats de juiste naam bij de juiste persoon.
Churchill
Groot-Brittannië
Roosevelt
Verenigde Staten
Stalin
Sovjet-Unie

Slide 16 - Sleepvraag

Welke uitspraak over de Conferentie van Potsdam klopt?
A
De Sovjet-Unie en de VS krijgen ruzie over een heleboel dingen
B
De Sovjet-Unie en de VS zijn het met elkaar eens
C
Groot-Brittannië is de baas
D
De Koude Oorlog wordt een Hete Oorlog

Slide 17 - Quizvraag

Wie zijn de grootmachten ná de Tweede Wereldoorlog?
A
Engeland, Verenigde Staten, Sovjet-Unie
B
Frankrijk, Verenigde Staten, Sovjet-Unie
C
Verenigde Staten, Sovjet-Unie
D
Engeland, Frankrijk, Verenigde Staten, Sovjet-Unie

Slide 18 - Quizvraag

Communisme
Kapitalisme
Democratie
Vijfjarenplan
Dictatuur
Meerdere partijen
Iedereen werk
Vraag en aanbod

Slide 19 - Sleepvraag

Zet in de juiste chronologische volgorde
1
2
3
4
Conferentie van Jalta
Conferentie van Potsdam
Duitsland verslagen
Atoombommen op Japan

Slide 20 - Sleepvraag

Vul de ontbrekende woorden op de goede plek in.
West-Europa
Oost-Europa
communisme
democratie
vrijheid
planeconomie
Verenigde Staten
iedereen heeft evenveel
kapitalisme
dictatuur
gelijkheid
vrijemartkeconomie
Sovjet-Unie
groot verschil arm/rijk

Slide 21 - Sleepvraag

Aan de slag! 
Tekstboek blz. 11
Maak opdracht 6,7,9,10 en 11.
Einde van de les bespreken!

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

In 1949 werden van de vier bezettingszones twee landen gevormd. Vul de ontbrekende woorden op de juist plek in.
Westerse bezettingszones
Sovjet-bezettingszones
Naam
Politiek systeem
Economisch systeem
Werkte samen met:
BRD
kapitalisme
Sovjet-Unie
democratie
communisme
dictatuur
Verenigde Staten
DDR

Slide 24 - Sleepvraag

Slide 25 - Tekstslide