Rekenen bij het verzekeren

Rekenen bij het verzekeren
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Rekenen bij het verzekeren

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les kan je:
  • Uitrekenen hoeveel kosten je voor een verzekering hebt
  • Hoeveel euro schade je vergoedt krijgt wanneer je bent onder verzekerd
  • Hoeveel netto premie je moet betalen bij een verzekering voor de auto.

Slide 2 - Tekstslide

Verzekeringskosten berekenen
  • Bij een verzekering betaal je premie, maar ook nog andere dingen
  • Je betaalt:
  • Premie
  • Poliskosten (dit betaal je maar één keer)
  • Assurantiebelasting
  • Formule verzekeringkosten:
  •  (premie + poliskosten) + assurantie belasting


Slide 3 - Tekstslide

Margriet is verzekerd voor haar auto. Ze betaalt elke maand een premie van €65,00. Haar poliskosten waren €45,00. De assurantiebelasting is 21%. Ze is al 5 jaar lid van deze verzekering:
(formule: (premie + poliskosten) + assurantie belasting)

Slide 4 - Open vraag

Uitwerking voorbeeldvraag
  • Margriet is verzekerd voor haar auto. Ze betaalt elke maand een premie van €65,00. Haar poliskosten waren €45,00. De assurantiebelasting is 21%. Ze is al 5 jaar lid van deze verzekering:
  • Premie: €65,00
  • Poliskosten: €0,00, want zij is al 5 jaar lid
  • Assurantiebelasting: €65,00 : 100 x 21%=€13,65
  • €65,00 + €0,00 + €13,65= €78,65

Slide 5 - Tekstslide

Onderverzekerd en over verzekerd
  • Onderverzekerd: Je verzekerd je huis voor een lagere waarde dan dat het huis waard is. Je betaalt hierdoor te weinig premie en krijgt niet alle schade vergoedt
  • Over verzekerd: Het huis is voor een hoger bedrag verzekerd, dan dat het huis waard is. Hierdoor betaalt je onnodig een te hoge premie

Slide 6 - Tekstslide

Schadevergoeding bij onderverzekering
  • Formule:
  • Verzekerde waarde : werkelijke waarde x schadebedrag

Slide 7 - Tekstslide

Harry heeft een opstalverzekering. Bij deze opstalverzekering is zijn huis voor €160.000,00 verzekerd. Het huis van Harry is €200.000,00 waard. Hij krijgt waterschade door een storm. De schade is €30.000,00. Hoeveel euro krijgt Harry vergoed?
(Formule: Verzekerde waarde : werkelijke waarde x schadebedrag)

Slide 8 - Open vraag

Uitwerking voorbeeldvraag
  • Harry heeft een opstalverzekering. Bij deze opstalverzekering is zijn huis voor €160.000,00 verzekerd. Het huis van Harry is €200.000,00 waard. Hij krijgt waterschade door een storm. De schade is €30.000,00. Hoeveel euro krijgt Harry vergoed?
  • 160.000 : 200.000 x 30.000= €24.000,00

Slide 9 - Tekstslide

Netto premie:


  • De premie waarbij de korting er wel is afgehaald & dus het daadwerkelijke bedrag dat je moet betalen
  • Formule: Bruto premie - korting in euro's 

Slide 10 - Tekstslide

De bruto premie is 75,00 euro per maand. Wat is de netto premie per jaar als je 6 jaar lang geen schade hebt gehad?

Slide 11 - Open vraag

Voorbeeldvraag
De bruto premie is 75,00 euro per maand. Wat is de netto premie per jaar als je 6 jaar lang geen schade hebt gehad?
  • Bij 6 schadevrije jaren zit je in trede 5 en heb je 30% korting op de premie.
  • 30% van 75 euro is:
  • 75 : 100 x 30= 22,50 euro
  • 75 - 22,50= 52,50 euro

Slide 12 - Tekstslide

Rekenvragen maken
Maak opgave 4, 5, 7, 8a, 8b, 8c en 11

Slide 13 - Tekstslide