3D Stevigheid en beweging BS2

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

BS 2

Kraakbeenweefsel en beenweefsel

Leerdoelen BS 2

Je kunt:

• Kenmerken van kraakbeenweefsel en beenweefsel noemen en in een afbeelding delen benoemen.
• Beschrijven hoe de samenstelling van beenderen verandert tijdens het leven.
  

Botten en kraakbeen bestaan uit: 

Kalkzouten en Lijmstof

Kalkzouten = Stevigheid

Lijmstof = Buigzaam

Beenweefsel

Door de kanaaltjes lopen bloedvaten.

Tussencelstof bestaat uit kalkzouten en lijmstof.

Bestaat voornamelijk uit

kalkzouten! (= stevig)

Kraakbeenweefsel

Komt voor op plaatsen in het lichaam die stevig en toch soepel zijn: neus, oorschelpen, tussen wervels, tussen ribben en borstbeen.

Tussencelstof bestaat uit kalkzouten en lijmstof.

Bestaat uit meer lijmstof (=flexibel)

Veranderingen 

Kraakbeenweefsel:

• Baby's hebben hier veel van
• Tijdens de groei wordt dit vervangen door beenweefsel
  

Beenweefsel:

• Bij kinderen bevat beenweefsel veel lijmstof.
• Tussencelstof maakt steeds minder lijmstof en steeds meer kalkzouten. Botten breken daarom bij oudere mensen sneller.

Aan de slag!

Basis: Maak van 6.2: kraakbeenweefsel en beenweefsel opdracht 9, 10 en 11

Klaar? Maak de test jezelf van 6.1 en 6.2

Gloire: uitleg over de oren.

Buis van Eustachius

Vlezig buisje tussen middenoor en mondholte.

Om luchtdruk aan beide kanten van het trommelvlies gelijk te krijgen. Bij slikken, kauwen, gapen, klaren gaat het even open.

Het     Slakkenhuis

In het slakkenhuis worden trillingen omgezet in impulsen.

Aan de slag!

Maak opdracht 33 t/m 37

Gebruik de uitleg vanaf bladzijde 60 van je boek.