In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Amerikaanse Revolutie
Slide 1 - Tekstslide
Democratische revoluties
Vandaag: Afronding Amerikaanse Revolutie
Komende lessen: Franse Revolutie
Slide 2 - Tekstslide
Kenmerkend aspect
De democratischerevoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Belangrijke gebeurtenissen
- Boston Tea Party (17 december 1773)
- Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783)
- Declaration of Independence (4 juli 1776)
- Amerikaanse Grondwet + Bill of Rights (1787)
Slide 5 - Tekstslide
Kenmerkend aspect
De democratischerevoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap
Slide 6 - Tekstslide
Democratische Revoluties
- Amerikaanse Revolutie (1775-1783)
- Bataafse Revolutie (1787-1799)
- Franse Revolutie (1789-1815)
Slide 7 - Tekstslide
'Geen belasting zonder vertegenwoordiging'
Slide 8 - Tekstslide
Oorzaken Amerikaanse Revolutie
- Beperking van macht en rijkdom
Navigation Acts (reeks Engelse wetten die vanaf 1651 de scheepvaart door niet-Engelse schepen van en naar Engeland en de Engelse koloniën inperkten.)
Slide 9 - Tekstslide
Mensen zijn pist!
Slide 10 - Tekstslide
Amerika in de 17e eeuw.
Wat valt op?
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Amerikanen steeds bozer
De Amerikanen werden steeds bozer omdat:
De Amerikanen mochten alleen maar spullen kopen uit GB
De Amerikanen moesten belasting betalen
De Amerikanen mochten niet stemmen
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Belangrijke gebeurtenissen
- Boston Tea Party (17 december 1773)
- Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783)
- Declaration of Independence (4 juli 1776)
- Amerikaanse Grondwet + Bill of Rights (1787)
Slide 16 - Tekstslide
De vrede van Parijs 1783
Slide 17 - Tekstslide
Maatregel pas wel bij een verlicht absoluut vorst
Maatregel past niet bij een verlicht absoluut vorst
De vorst verhoogt de belasting op grond en gebouwen; de kerk hoeft deze belasting niet te betalen:
De vorst benoemt John, de zoon van een timmerman, tot kapitein in het leger vanwege zijn kwaliteiten
Om overstromingen in de toekomst te voorkomen, richt de vorst een instituut van waterbouwkunde op
De vorst besluit dat burgers in steden met meer dan 10.000 inwoners hun eigen bestuur mogen kiezen
Slide 18 - Sleepvraag
Belangrijke personen
George Washington (1732 -1799) was generaal, opperbevelhebber van de koloniën in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog, slavenhouder en de eerste president van de Verenigde Staten van 1789 tot 1797.
George III (1738-1820) was koning van het Verenigd Koninkrijk van 25 oktober 1760 tot aan zijn dood.
Thomas Jefferson (1743-1826) was een Amerikaans staatsman, filosoof, architect, slavenhouder, kunstenaar en de derde president van de Verenigde Staten. Het ontwerp van de Onafhankelijkheidsverklaring van 1776 (aangenomen op de 4e juli van dat jaar) was grotendeels zijn verdienste.
Slide 19 - Tekstslide
Zet in de juiste historische volgorde
De Amerikaanse Revolutie begint.
Continentaal Congres neemt de Onafhankelijkheidsverklaring aan.
In New York trekken Amerikaanse soldaten het beeld van de Britse koning omver.
Het Continentaal Congres wordt gevormd.
Londen gaat nieuwe belastingen heffen.
A
5 - 4 - 1 - 2 - 3
B
4 - 5 - 2 - 3 - 1
C
1 - 2 - 5 - 4 - 3
D
3 - 2 - 1 - 4 - 5
Slide 20 - Quizvraag
Welke overeenkomst heeft het Plakkaat van Verlatinghe (1581) met de Onafhankelijkheidsverklaring (1776)
A
In beide gevallen werd er vrede gesloten
B
In beide gevallen wordt de vorst afgezet
C
In beide gevallen wordt de oorlog verklaard
Slide 21 - Quizvraag
The Fourth of July (4 juli) is in de Verenigde Staten een nationale feestdag. Wat vieren of herdenken de Amerikanen op die dag?
A
De VS kregen een democratische grondwet
B
De VS hadden de onafhankelijkheidsoorlog tegen Engeland gewonnen
C
De 13 kolonies ondertekenden de onafhankelijkheidsverklaring
D
De Britten verlieten Amerika.
Slide 22 - Quizvraag
Wie heeft in de Verenigde Staten wetgevende macht?