H6 mavo 4: 19 september gebiedende wijs f en G 2022

Chapitre 6
Destination Paris!
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Chapitre 6
Destination Paris!

Slide 1 - Tekstslide

Résumé
Destination Paris!
Les transport de moyen
L'impératif (de gebiedende wijs)
Demander le chemin
Indiquer le chemin
Les comparaisons (vergelijkingen)
les prépositions (voorzetsels)

Slide 2 - Tekstslide

Planning d'aujourd'hui
* Grammarie C   gebiedende wijs          : oefenen in LessonUp
* Grammarie C   gebiedende wijs          : oefenen op papier
* Parler français


Les devoirs:    donderdag proef so  leren A B C D
 






Slide 3 - Tekstslide

On continue avec l'exercice suivante.
We gaan verder met de volgende opdracht.

Slide 4 - Tekstslide

Prends ton ordinateur!
Cherche LessonUp!

Slide 5 - Tekstslide

We gaan online oefenen
Ben je klaar met online oefenen maak dan het stencil.

Slide 6 - Tekstslide

Parler français!

Slide 7 - Tekstslide

Vragen:

Waar is het parc André Citroën?
Kunt u mij de weg wijzen?

Kan ik te voet of met de metro?

Dan ga ik te voet.



Antwoorden:

Het is dichtbij.
Ja, het is niet ver.

U kunt er met de metro heen.
U kunt er lopend heen.
Ok. Ga rechtdoor.
Ga de 2e straat rechts
Ga tegenover het ziekenhuis linksaf.

Slide 8 - Tekstslide

Questions:

Le parc André Citroën c'est où?
Vous pouvez m'indiquer le chemin?
Je peux y aller à pied ou en métro
Alors, je vais à pied.



Réponses:

C'est tout près.
Oui, ce n'est pas loin

Vous pouvez y aller en métro.
Vous pouvez y aller à pied.
D'accord. Allez tout droit.
Allez à droite à la deuxième rue.
Allez à gauche en face de l'hôpital.

Slide 9 - Tekstslide

On continue avec l'exercice suivante.
We gaan verder met de volgende opdracht.

Slide 10 - Tekstslide

Ben je klaar! 
Wij gaan zo weer een bingo spelen.
Maak een kader van 9 vakjes.
Zet er random 9 woordjes/zinnetjes in van:
vocabulaire E 

Slide 11 - Tekstslide

Bingo

Slide 12 - Tekstslide

In deze Franse les ben ik meer te weten gekomen over.......

Slide 13 - Woordweb

La fin du cours. À la prochaine!

Slide 14 - Tekstslide

Instruction
Wat     : Maken van "C" op blz. opdracht 13 c d en 14 a en b
Hoe     : Zorg dat je de vragen goed leest!  Je werkt IN JE BOEK!
Wie     :  Werk in stilte
Tijd     :  10 minuten
Klaar  :  Starten met leren grammaire zie tekstboek blz. 72 
              
Stel jezelf de vraag of je de regelmatige werkwoorden kunt vervoegen

Slide 15 - Tekstslide

ZS: zelfstandig werken in stilte
Voordelen:
*Rustige sfeer om in te werken.
*Aanscherpen concentratie
*Betere Focus
*Zelf oplossingsgericht nadenken

Na 10 minuten mag je zeker vragen stellen.

Slide 16 - Tekstslide

Les devoirs
Leren C grammaire: blz 72                   Fr-Nl en Nl-Fr
Schrijf achter in je schrift de vervoegingen van de werkwoorden:  regarder / écouter en aller

Slide 17 - Tekstslide

On continue avec l'exercice suivante.
We gaan verder met de volgende opdracht.

Slide 18 - Tekstslide

Prends tes livres!
Livre de textes:
page  72

Livre d'exercices B
page 52 t/m 53
Exercice 13 c d 14 en 15 

Grammaire: il y a des questions?




Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Moyen de transport
Je vais à l'école...
en vélo
en scooter
à pied
en bus

Slide 21 - Tekstslide

Parler français
Hoe vraag je: 
*Pardon, hoe kom ik bij het André Citroënpark? Is het ver?
* Kunt u me de weg wijzen?  *En daarna?  
* Heel erg bedankt!
Hoe zeg je:
* U kunt er met de metro of lopend naartoe gaan. * Nee, het is dichtbij.
* Het is 10 minuten met de metro. * Ga rechtdoor tot aan het stoplicht. En neem daarna de eerste straat rechts. * Ga rechtdoor, het is tegenover het ziekenhuis. * Geen dank, tot ziens!

Slide 22 - Tekstslide

Qu'est-ce que tu aimes faire à Paris?
Quand il fait beau, j'aime faire  le jeu de piste.

Slide 23 - Tekstslide

Et quand il fait mauvais?
Quand il pleut, je préfère aller au musée.



Slide 24 - Tekstslide

Quelle attraction est plus amusante?
Selon moi, le jeu de piste est plus amusant que le musée.



Slide 25 - Tekstslide

Quelle attraction est moins chère?
Le jeu de piste est moins cher que le musée.




Slide 26 - Tekstslide

Quels sont les horaires d'ouverture?
Ils sont ouverts de 09h00 à 18hoo.





Slide 27 - Tekstslide

Waar denk je aan bij vergelijkingen?

Slide 28 - Woordweb

groot, groter, grootst

Slide 29 - Woordweb

klein, kleiner, kleinst

Slide 30 - Woordweb

Vul in: Ma soeur est (petit, +) .........que ma mère.

Slide 31 - Open vraag

Vul in: Paul et Patrick sont (grand,-).... que leur ami.

Slide 32 - Open vraag

Vertaal: Stella et Amélie sont (jaloux,-) ....que moi.

Slide 33 - Open vraag

Slide 34 - Tekstslide