2 vmbo-bk 5.1 Erfelijkheid en evolutie: Genotype en fenotype

Telefoons in de telefoontas!
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Tekstslide

Welkom!!!

Slide 2 - Tekstslide

Regels in de les

1: We gaan met respect met elkaar om.
2: Als iemand aan het woord is luisteren we naar hem/haar.

Slide 3 - Tekstslide

Vandaag: 45 minuten les

- Terugkoppeling vorige week (5 min).
- Begin nieuw thema                    (15 min).
- Les afsluiten met korte quiz  (10 min).

Slide 4 - Tekstslide

Vorige week???
Hoe was het proefwerk?

Slide 5 - Tekstslide

             Thema 5: erfelijkheid & evolutie
          


           Basisstof  5.1 - Genotype en Fenotype

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen?
nieuw thema: thema 5 Erfelijkheid en evolutie
leerdoelen en nw stof: 5.1 Genotype en fenotype; 15 min
zelf aan de slag? 20 min
herhalen leerdoelen; 5 min

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kan je benoemen dat alle cellen van  je lichaam dezelfde erfelijke informatie bevatten.
- kan je benoemen wat het genotype en het fenotype zijn.

Slide 10 - Tekstslide

erfelijkheid,
chromosomen,

Slide 11 - Woordweb

Inleiding
Als een baby is geboren, zeggen mensen vaak dat de baby op zijn moeder of zijn vader lijkt.
Dat een baby op zijn ouders lijkt, komt doordat een baby eigenschappen erft van zijn ouders.

Slide 12 - Tekstslide

5.1 Genotype en fenotype
De cellen waaruit je lichaam is opgebouwd, heten lichaamscellen.
Elke celkern van elke lichaamscel bevat 46 chromosomen.

Chromosomen zijn lange, dunne draden in de celkern.
Ze bestaan uit de stof DNA.

In het DNA is informatie opgeslagen voor je erfelijke eigenschappen.

Slide 13 - Tekstslide

Je lichaam bestaat uit lichaamscellen.

Elke lichaamscel heeft een celkern.

Slide 14 - Tekstslide

In elke celkern liggen chromosomen.

Chromosomen zijn lange dunne draden.

Slide 15 - Tekstslide

In deze draden zit de stof DNA.

Dit DNA bevat informatie voor erfelijke eigenschappen.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

5.1 Genotype en fenotype
Het DNA van de chromosomen bevat alle informatie voor je erfelijke eigenschappen. Dit geldt voor ALLE cellen van je lichaam. De informatie voor je oogkleur zit dus niet alleen in de cellen van je ogen, maar ook in de cellen van je voeten.

Slide 18 - Tekstslide

De informatie voor alle erfelijke eigenschappen samen noem je het genotype van een organisme.


(Deze informatie zit dus op het DNA in je chromosomen)



Slide 19 - Tekstslide

5.1 Genotype en fenotype
Het fenotype wordt bepaald door je genotype en door de invloed van je omgeving.

Bijvoorbeeld: als je van jezelf bruin haar hebt, komt dat door je genotype. Maar als je het paars verft, ziet je haar er anders uit. Je fenotype verandert dan door je leefstijl. Maar je genotype verandert niet. Het genotype bevat nog steeds de informatie voor bruin haar.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

5.1 Genotype en fenotype
Je genotype blijft je hele leven hetzelfde.

Je fenotype kan steeds veranderen.

Slide 22 - Tekstslide

samengevat:
- genotype: de informatie op het DNA voor alle erfelijke eigenschappen van een organisme.

- fenotype:de eigenschappen die een organisme heeft, zoals het uiterlijk.
(genotype + invloeden uit het milieu)

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

VRAGEN??

Slide 26 - Tekstslide

Zelf aan de slag
Thema 5 Erfelijkheid en evolutie

KGT: 5.1 opdracht 1 t/m9 en 11
BK: 5.1 opdracht 1 t/m 8 en 10
timer
20:00

Slide 27 - Tekstslide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je benoemen dat alle cellen van  je lichaam dezelfde erfelijke informatie bevatten.
- kan je benoemen wat het genotype en het fenotype zijn.

Slide 28 - Tekstslide

Hoeveel chromosomen bevat een ‘normale’ lichaamscel?
A
46 chromosomen
B
44 chromosomen
C
33 chromosomen
D
23 chromosomen

Slide 29 - Quizvraag

Wat is het fenotype?
A
Het uiterlijk dat je ziet van een organisme
B
Genetische informatie in een celkern
C
ik weet het nog niet

Slide 30 - Quizvraag

Welke cellen in ons lichaam bevatten dezelfde erfelijke informatie?
A
spiercellen
B
zenuwcellen
C
bloedcellen
D
alle cellen in ons lichaam

Slide 31 - Quizvraag

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Volgende les:
Gaat over 5.2 Chromosomen en genen.

Bedankt voor jullie aandacht! 

Slide 33 - Tekstslide