possesive pronouns

Possesive pronouns

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Possesive pronouns

Slide 1 - Tekstslide

Grammar: possesive pronouns (bezittelijke voornaamwoorden)

Je gebruikt bezittelijke voornaamwoorden om aan te geven van wie iets is. Een bezittelijk voornaamwoord staat voor een zelfstandig naamwoord.

Slide 2 - Tekstslide

possesive pronouns

Slide 3 - Tekstslide

Possesive pronouns

Slide 4 - Tekstslide

Grammar: possesive pronouns
In het Engels zijn een aantal manieren om "bezit" aan te duiden. 
VB:
- This is my car. 
- It is mine

Slide 5 - Tekstslide

Possesive pronouns
This is my car  --> This car is mine 

He is your brother --> that brother is yours 

That book is from him --> that book is his

Slide 6 - Tekstslide

Choose the correct possesive pronoun.
That ball is ................ (van hem).


A
her
B
his
C
my
D
their

Slide 7 - Quizvraag

Choose the correct possesive pronoun.
That is ............. (haar) dog.
A
him
B
us
C
her
D
me

Slide 8 - Quizvraag

My father drives a truck. ..........truck is very big.
A
her
B
his
C
our
D
your

Slide 9 - Quizvraag

My grandparents love to dance in ........dancing shoes.
A
his
B
her
C
their
D
they

Slide 10 - Quizvraag

My ipad is missing. Can I use ...............?
A
mine
B
yours
C
his
D
hers

Slide 11 - Quizvraag