Formules, grafieken en verbanden Les 1 + 2

Formules, grafieken en verbanden Les 1 + 2
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Formules, grafieken en verbanden Les 1 + 2

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen + begrippen
o Ik weet wat een lineaire grafiek is.
o Ik kan het begingetal aangeven in een grafiek.
o Ik kan het stijg- en daalgetal aangeven in een grafiek.
o Ik kan een letterformule bij een lineaire grafiek maken.
o Ik kan het stijg- en daalgetal berekenen als deze niet direct uit een grafiek af te lezen is.

o grafiek
o lineair
o letterformule
o begingetal
o stijggetal
o daalgetal

Slide 2 - Tekstslide

Lineaire grafiek

Slide 3 - Tekstslide

Lineaire formules
(Variabele bij de y-as) = (begingetal) + (stijggetal) x (variabele x-as)
(Variabele bij de y-as) = (begingetal) - (daalgetal) x (variabele x-as)

Bedrag in euro's = 75 + 25 x aantal weken (woordformule)
B = 75 + 25t (letterformule)

Daalgetal en stijggetal worden soms ook wel
richtingscoëfficiënt genoemd (r.c.)





Slide 4 - Tekstslide

Dus.....
Als bij een formule een lineaire grafiek wordt getekend, 
dan is de formule een lineaire formule. 

lineaire grafiek                         lineaire formule
lineaire formule                      lineaire grafiek

Slide 5 - Tekstslide

Start- Begingetal
Het startgetal of het begingetal is 
het getal waar de tabel of de grafiek 
begint. Dit is altijd bij de 0. 

Startgetal is dus 4.

Snijpunt van de grafiek met de verticale as

Slide 6 - Tekstslide

Stijggetal 
begingetal = 400
stijggetal = 600
grafiek is stijgend dus +

afstand in km = 400 + 600 x tijd in uren
A = 400+600t

Slide 7 - Tekstslide

Wat als het stijggetal niet duidelijk is?

Slide 8 - Tekstslide

Daalgetal berekenen




Verticale verschil : horizontale verschil 
Let op! bij een daalgetal komt er een min-teken voor het getal dus -3,5.

Slide 9 - Tekstslide

Formules maken bij een grafiek
Stappenplan formule maken bij een grafiek 
Let op! De grafiek moet een rechte lijn zijn.

Stap 1. verticale as = 

Stap 2. verticale as = begingetal

Stap 3. verticale as = begingetal + stijggetal  OF
             verticale as = begingetal - daalgetal

Stap 4. verticale as = begingetal + stijgetal x horizontale as  OF
             verticale as = begingetal - daalgetal x horizontale as
afstand in km =      
afstand in km = 2000    
afstand in km = 2000 + 500
afstand in km = 2000 + 500t
t: tijd in uren
Het begingetal is het getal waar de grafiek de verticale as snijdt.

Het stijggetal is de hoeveelheid die er per 1 stap naar rechts bij komt.

Het daalgetal is de hoeveelheid die er per 1 stap naar rechts af gaat.

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen leren/oefenen
Lees:

Theorie les 1
(zie studiewijzer)
Maak:

Opdrachten les 1
(zie studiewijzer)

Slide 11 - Tekstslide