Spelling: herhaling werkwoordspelling pvtt, pvvt, vd en od

Spelling
Werkwoordspelling
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Spelling
Werkwoordspelling

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste spelling
A
niveau's
B
niveaus

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste spelling
A
taxi's
B
taxis

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste spelling
A
slechteriken
B
slechterikken

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste spelling
A
allergieën
B
allergieën

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste spelling
A
ceremonieën
B
ceremoniën

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste spelling
A
ideën
B
ideeën

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm of voltooid deelwoord? Hoe zie je het verschil?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep het werkwoord naar de juiste werkwoordsvorm. Er is maar één antwoord goed.
PVTT
PVVT
VD
OD
biedt
gemonopolyd
heringericht
onderhandeld
hees
Besteedt
schud
dichtend
opgeschreven
speelde
tackelend
gebeurt

Slide 9 - Sleepvraag

Bij deze vraag -1 punt eraf per fout. 
Maak een zin met het werkwoord (gebeuren) als pvtt en als voltooid deelwoord.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een zin met het onvoltooid deelwoord van 'denken'

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In hoeverre lukt het jou om de werkwoorden juist te spellen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll

Deze slide heeft geen instructies