Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen waarom er slavernij in de tijd van Pruiken en Revoluties was.
Slide 3 - Tekstslide
Een wereldkaart uit 1700. Sommige delen van Noord-Amerika en Australië zijn nog niet 'ontdekt'.
suikerrietplantages
🇧🇷
katoenplantages
🇺🇸
Spaanse kolonie
Engelse kolonie
Tabaksplantages
🇨🇺
Portugese kolonie
Nederlandse kolonie
Cacao- en suikerrietplantages
🇸🇷
Slide 4 - Tekstslide
Waarom slavernij?
Veel plantages lagen in Zuid-Amerika en waren bezit van Europeanen
Plantageprducten, zoals koffie, tabak, katoen en suiker, zijn erg populair in Europa
Om de producten te verbouwen waren veel landarbeiders nodig.
De oorspronkelijke bewoners van dit gebied waren volgens de Europeanen 'ongschikt' voor deze arbeid...of al uitgemoord in de eeuwen ervoor...
Slide 5 - Tekstslide
Transatlantische slavenhandel
Europese handelaren namen producten, zoals munitie, wapens en alcohol mee naar Afrika.
Daar werden ze door Afrikaanse stammen geruild tegen slaven: dit waren meestal gevangengenomen leden van andere Afrikaanse stam.
Deze slaven werden vervolgens vervoerd naar slavenmarkten in Zuid-Amerika
De afbeelding laat zien op welke wijze slaven werden vervoerd op een slavenschip. Dergelijke tekeningen werden meestal gemaakt om aan te geven op welke vreselijke manier de slaven werden vervoerd. Deze tekening is gemaakt in opdracht van een commissie van de Engelse regering.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Begrippen uit deze les
slavernij
Transatlantische slavenhandel
slavenmarkten
plantages
Slide 8 - Tekstslide
Abolitionisme
Nederlandse koloniën
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen op welke manier er tegen slavernij werd gestreden en welke gevolgen dit heeft gehad.
Slide 11 - Tekstslide
De Verlichting
Iedereen vrij en gelijkwaardig
Slide 12 - Tekstslide
Abolitionisme
To abolish betekent in het Engels 'afschaffen'
Abolitionisten willen slavernij afschaffen
Past niet bij ideeën van de Verlichting of het christendom.
John Gabriël Stedman (1744-1797) was een Schots-Nederlandse officier in de Schotse Brigade van het Nederlandse leger. Hij hielp bij het onderdrukken van een slavenopstand in Suriname. Hij werd verliefd op een slavin, en probeerde haar vrij te kopen.
Over zijn ervaringen schreef hij een invloedrijk boek. Hierin bekommerde hij zich openlijk om de rechten van de tot slaafgemaakten, met name om de vraag of zij als mens behandeld moesten worden.
In dit boek verschenen dit soort afbeeldingen die ervoor zorgden dat de strijd van de abolitionisten steeds meer aandacht kreeg.
Slide 13 - Tekstslide
Engeland schaft de slavernij af
Wet die slavenhandel verbied: Geen 'nieuwe' slaven naar Amerika
Volledige afschaffing in 1833
Slavenhouders kregen 20 miljoen pond aan schadevergoedingen
De afschaffing van de slavernij wordt in de krant bekend gemaakt.
Slide 14 - Tekstslide
Nederland schaft de slavernij af
Nederland schaft pas laat de slavernij af: 1863
Pas als het economisch niet meer zo interessant is
Slavenhouders kregen 300 gulden (nu: €3000) per vrijgelaten slaaf.
Sommige slaven worden verplicht om nog 10 jaar op de plantages te blijven werken
Op 1 juli wordt Keti Koti gevierd. Dit is een jaarlijks terugkerende Surinaamse feestdag ter viering van de afschaffing van de slavernij. De naam stamt uit het Sranantongo en betekent Ketenen Gebroken