LVB & middelengebruik

LVB & Middelengebruik 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

LVB & Middelengebruik 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 
- Je kunt benoemen wanneer er sprake is van een verslaving.
- Je kunt benoemen hoe een verslaving ontstaat. 
- Je kunt de verschillende soorten verslaving benoemen en welke effecten een verslaving heeft. 
- Je kunt benoemen hoe een stoornis in middelengebruik vastgesteld wordt. 
- Je kunt benoemen hoe je het gesprek aan gaat met een client die mogelijk middelen gebruikt 

 

Slide 2 - Tekstslide

“Ze overzien de gevolgen van middelengebruik niet''

Ze laten zich ook relatief makkelijk misbruiken door anderen, als drugskoerier bijvoorbeeld.
Wat is een verslaving?
Een definitie van verslaving:

"We spreken van verslaving
wanneer het gebruik iemands leven
dusdanig negatief beïnvloed
dat het onhandelbaar wordt."


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslaving
Wat doet een verslaving met het brein? 

Filmpje: Hoe werkt een verslaving? 

Wat vond je van het filmpje? 
Heb of ken je een cliënt met een verslaving? 
Wat vind je daarvan? 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke kenmerken van verslaving heb je in het filmpje gezien?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Theorie-Verslaving&LVB:

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslaving:
Je spreekt van verslaving als je:
- Niet meer zonder een middel kunt, lichamelijk of psychisch
-Steeds meer nodig hebt van een bepaald middel om hetzelfde effect te bereiken
ontwenningsverschijnselen krijgt als je niet gebruikt. 

Dit kunnen lichamelijke verschijnselen zijn, zoals zweten of trillen. Of geestelijke verschijnselen zoals onrustig zijn of in paniek raken als je het middel niet gebruikt
meer dan de helft van de dag bezig bent met het gebruik door erover te denken, het te verkrijgen of daadwerkelijk te gebruiken

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichamelijke problemen
Deze ontstaan doordat drugs het lichaam belasten. Cocaïne kan bijvoorbeeld voor hartklachten zorgen. Ook putten bepaalde drugs het lichaam uit.

Psychische problemen
Bij een verslaving wordt je heel erg in beslag genomen door het middel. Interesse voor andere zaken vermindert, waardoor je ontwikkeling stil kan komen te staan. Depressies kunnen ontstaan of verergeren. Bovendien kan je doordat je steeds in een roes leeft, grip op de werkelijkheid verliezen.

Sociale problemen
Een verslaving kan je gedrag veranderen. Interesse voor anderen kan afnemen doordat je vooral met het middel bezig bent. Je kunt dan voorrang geven aan het drugsgebruik ten koste van familie of vrienden.
Geldproblemen
Deze ontstaan als iemand door het gebruik niet meer functioneert op zijn werk en zijn baan verliest. Of al zijn geld besteedt aan drugs of alcohol.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke verslavingen zijn er ?
Wat is het effect?

Slide 11 - Open vraag

Uitdelen folder VNN
Middelenverslaving
Alcoholverslaving
Drugsverslaving (hard/soft)
medicijnverslaving
Internet- of computerverslaving
eetverslaving

Stimulerend
Bewustzijns veranderend
Verdovend
Hoe ontstaat een verslaving?

Slide 12 - Open vraag

Geleidelijk in fasen
Experimenteerfase
Sociaal gebruik
Schadelijk gebruik / misbruik
Verslaving

Geen gebruik
Eerste kennismaking
Experimenteel gebruik
Geïntegreerd gebruik
Lichte/matige stoornis
Matige/ernstige stoornis

Slide 13 - Video

Ontwenningsverschijnselen
LVB-GEBRUIK EN VERSLAVING:
LVB staat voor lichte verstandelijke beperking. Het gaat hierbij om mensen die een IQ hebben van 55-70 én de mensen met een IQ van 70-85 met bijkomende gedrags- of psychiatrische problematiek. Mensen met een LVB hebben het denkvermogen van een 6-16 jarige.
Het IQ zegt niet alles over het functioneren, ook het niveau van de sociaal emotionele ontwikkeling en de adaptieve vaardigheden geven belangrijke aanknopingspunten voor de ondersteuning en de bejegening. Bij mensen met een LVB ligt het niveau van de emotionele ontwikkeling veelal beduidend lager dan het IQ.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LVB-Jongeren en verslaving
Onderzoeken tonen aan dat ongeveer 75% van de jongeren met een LVB regelmatig alcohol drinkt, en ongeveer 20% af en toe cannabis of harddrugs gebruikt. Bij volwassenen met een LVB rookt 69%, drinkt 66% alcohol en gebruikt 14% cannabis en 3% andere drugs.

Hoewel de cijfers over het gebruik van middelen onder mensen met een LVB grotendeels vergelijkbaar zijn met die onder mensen zonder een LVB, verwachten we dat de effecten van dit gebruik eerder problematischer worden voor mensen met een LVB.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een gesprek aangaan over alcohol of drugsgebruik
De valkuilen... 
• De rechercheur: Ondervragen lijkt al gauw op rechercheren en de ‘waarheid’ boven tafel
willen krijgen. Het gevolg is meestal dat de cliënt zich uitgehoord en niet veilig voelt met als gevolg dat hij of zij dichtklapt.
• De dominee: preken en moraliseren stel je je autoritair op ten opzichte van de cliënt. Hierdoor kun je niet met elkaar communiceren.
• De aanklager: Met beschuldigen kan het gesprek een welles/nietes gevecht worden, waardoor een open gesprek niet op gang komt.
• De heerser: waarschuwen en dreigen is voor cliënten waarschijnlijk iets dat hen
al vaker is overkomen. De vraag is of ze hier nog gevoelig voor zijn. Meestal weten ze wel wat consequenties kunnen zijn van hun gedrag, maar ze vinden dat wellicht minder belangrijk.
• De commandant: Bevelen en voorschrijven maakt dat de cliënt niet achter het geëiste
gedrag staat en hij of zij zal daarom het geëiste gedrag niet uitvoeren.
• De expert: Adviseren lijkt het probleem tot iets simpels te maken, wat het voor de cliënt vaak niet is. Zolang de cliënt niet zelf tot de conclusie komt dat er iets moet gebeuren, zal hij hier niet aan werken. Tevens loop je het risico dat de cliënt zich niet begrepen voelt.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stellingen:
Je krijgt met je groepje 5 stellingen, zijn jullie voor of tegen?
Bedenk hierbij 2 argumenten 

Over 15 minuten gaan we de uitkomsten bespreken 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling 1  
De omgeving kan iemand kwetsbaarder maken om verslaafd te kunnen raken? 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling 2
Mensen met een Lichte Verstandelijke
Beperking (LVB) vormen een risicogroep voor
(problematisch) middelengebruik?

Slide 19 - Tekstslide

Uit onderzoek is bevestigt dat mensen met een
LVB een risicogroep voor gebruik vormen. Dat
betekent dat het belangrijk is te investeren in
preventie van problematisch middelengebruik
in deze groep.  

Beperkte zelfregulatie 
Zien de negatieve effecten vaak niet of herkennen deze niet. 
Stelling 3
Mensen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) mogen zelf bepalen of ze alcohol en drugs gebruiken?

Slide 20 - Tekstslide

Uit onderzoek is bevestigt dat mensen met een
LVB een risicogroep voor gebruik vormen. Dat
betekent dat het belangrijk is te investeren in
preventie van problematisch middelengebruik
in deze groep. 

Volwassen burgers hebben in Nederland de vrijheid om hun leven volgens hun eigen keuzes in te richten, zelfbeschikking –zolang ze anderen
niet schaden. A
Stelling 4
Mensen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) kunnen  de gevolgen niet overzien van hun middelengebruik? 

Slide 21 - Tekstslide

Mensen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) hebben
minder cognitieve vermogens en een minder groot sociaal
aanpassingsvermogen dan andere mensen van hun leeftijd en
uit hun sociale groep. Het gaat om mensen met een IQ-score van
50-70. Als zij over een beperkt sociaal aanpassingsvermogen
beschikken vallen in Nederland ook mensen met een IQ-score
tussen de 70 en 85 (zwakbegaafdheid) in de categorie LVB
Stelling 5
Op het moment dat jij als begeleiding eisen gaat stellen die voor de cliënt te
ver gaan, dan is-ie gewoon weg. 
Dan zet-ie je buiten de
deur en dan kom je er niet meer in”. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslaving?
Brainstormen... 

Welke verslavingen zijn er?
Wat is het effect? 

Slide 25 - Tekstslide

Uitdelen folder VNN

Middelenverslaving
Alcoholverslaving
Drugsverslaving (hard/soft)
medicijnverslaving
Internet- of computerverslaving
eetverslaving

Stimulerend
Bewustzijns veranderend
Verdovend