Vrijdag 19 juni herhaling P1 t/m 4

Vrijdag 19 juni
Welkom allemaal
Herhaling van de paragrafen 1 t/m 4
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vrijdag 19 juni
Welkom allemaal
Herhaling van de paragrafen 1 t/m 4

Slide 1 - Tekstslide

P2 onderwerp 
Een tekst gaat ergens over: dat noem je het onderwerp van een tekst. 
Je kunt het onderwerp in één of een paar woorden zeggen, bijvoorbeeld: topsport, sociale media of verhuizen naar het buitenland.
  

Oriënterend lezen: als je het onderwerp van een tekst wilt weten, is het niet nodig om de tekst helemaal te lezen. Let op woorden die vaak voorkomen, vetgedrukt, schuingedrukt etc. 

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdgedachte
Belangrijkste zin van een tekst. 
Staat vaak in de inleiding of in het slot
Precies de tekst lezen

Slide 3 - Tekstslide

P4 tekstdoelen en tekstsoorten

Slide 4 - Tekstslide

Alinea's en kernzinnen
Alinea: bestaat uit zinnen die over hetzelfde deelonderwerp gaan
Kernzin: belangrijkste zin van de alinea. Vaak de eerste of laatste zin.

Slide 5 - Tekstslide

Inleiding, middenstuk en slot
Inleiding: één of twee alinea's. Ingeleid met grappig verhaaltje of maakt je nieuwsgierig.
Middenstuk: grootste gedeelte van de tekst waar alle informatie wordt gegeven.
Slot: één of twee alinea's. Tekst wordt herhaald of wordt naar de toekomst gekeken.

Slide 6 - Tekstslide

Deelonderwerpen
Deelonderwerp bestaat uit één alinea of een paar alinea's samen. 
Begin van een alinea wordt soms duidelijk gemaakt met een 
Tussenkopje = deelonderwerp. 
Tekst over circus: deelonderwerpen zijn acts, dieren en kinderen in het circus. 

Slide 7 - Tekstslide

Aan de slag
Maak je tekst af in tweetallen. 
Klaar? Ga online trainen of maak een oefentoets.

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag met een tekst
Alinea's in goede volgorde opplakken
Markeer de hoofdgedachte
Schrijf een onderwerp op
Vind de kernzinnen en markeer
Bedenk deelonderwerpen / tussenkopjes
Welke moeilijke woorden vind je? Markeer die en zoek de betekenis.
timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Hoe moet je lezen om het onderwerp van de tekst te vinden?
A
Je moet precies lezen
B
Je moet oriënterend lezen
C
Je moet globaal lezen
D
Je moet de titel lezen

Slide 10 - Quizvraag

Noem de 5 tekstdoelen

Slide 11 - Open vraag


Wat betekent het woord hoofdgedachte?
A
de belangrijkste zin van een alinea
B
het onderwerp van de tekst
C
een uitspraak waar je het wel of niet mee eens bent
D
de belangrijkste zin van de hele tekst

Slide 12 - Quizvraag

Tekstdoelen

Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een tekstdoel
A
een bepaald soort tekst
B
Wat de schrijver met de tekst wil bereiken

Slide 14 - Quizvraag

Wat is GEEN kenmerk van een alinea?
Een alinea
A
Een alinea begint op een nieuwe regel
B
Een alinea heeft een titel
C
Een alinea vertelt iets over een deelonderwerp van de tekst
D
Een alinea laat de regel inspringen

Slide 15 - Quizvraag

Hoe wordt het begin van een nieuw deelonderwerp (soms) duidelijk gemaakt?
A
een tussenkopje
B
een witregel
C
een hoofdletter
D
een titel

Slide 16 - Quizvraag


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Activeren
C
Amuseren
D
Overtuigen

Slide 17 - Quizvraag

Wat is een alinea?
A
Een stukje tekst.
B
Een tussenkopje.
C
De hele tekst.
D
Weet ik niet.

Slide 18 - Quizvraag

Veel teksten bestaan uit drie delen:
inleiding, middenstuk en slot
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

De kernzin van een alinea is altijd de eerste zin van die alinea.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Wat is globaal lezen
A
eerste zin lezen van een alinea
B
eerste en laatste zin lezen van een alinea
C
laatste zin lezen van een alinea
D
de hele tekst goed lezen

Slide 21 - Quizvraag

Een tekst bestaat uit een inleiding, middenstuk en slot. In welk deel vind je een samenvatting of conclusie?
A
inleiding
B
middenstuk
C
slot
D
in alle drie

Slide 22 - Quizvraag

Aan de slag
Maak opdr 6 + 7 blz 45 en 46.

Slide 23 - Tekstslide