Thema 4 - Wonen - Voorzetsels

NT2 - Voorzetsels
Thema 4 Wonen
Studiemeter.nl
Via Starttaal Online --> Via Vooraf op weg naar 1F
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2MBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

NT2 - Voorzetsels
Thema 4 Wonen
Studiemeter.nl
Via Starttaal Online --> Via Vooraf op weg naar 1F

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
- Grammatica: voorzetsels
- Moeilijke woorden thema 4

Slide 2 - Tekstslide

Voorzetsels
Een voorzetsel geeft de plaats of de tijd aan. Een voorzetsel staat vaak voor een zelfstandig naamwoord
Met een voorzetsel kun je waar of wanneer aangeven.

Slide 3 - Tekstslide

Voorzetsels: plaats

boven, onder, over, onder, tussen, tegen, naast, voor, achter, met, op, in, bij, langs, binnen, buiten, door
Voorzetsels: tijd

om, voor, na, vanaf, sinds, tijdens, tot, tot en met, in, rond, op, gedurende

Slide 4 - Tekstslide

Wat is het voorzetsel in deze zin?
Wij zitten voor de televisie.
A
Wij
B
zitten
C
voor
D
de televisie

Slide 5 - Quizvraag

Wij zitten voor de televisie.
Zitten
Werkwoord
Voor
Voorzetsel
De
Lidwoord
Televisie
Zelfstandig naamwoord

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het voorzetsel in deze zin?
Gisteren sliep Joost op de grote bank.
A
Gisteren
B
op
C
grote
D
bank

Slide 7 - Quizvraag

Gisteren sliep Joost op de grote bank.
Sliep
Werkwoord
Op
Voorzetsel
De
Lidwoord
Grote
Bijvoeglijk naamwoord
Bank
Zelfstandig naamwoord

Slide 8 - Tekstslide

Achter deze deur is de slaapkamer.
Lidwoord
Voorzetsel
Zelfstandig naamwoord

Slide 9 - Sleepvraag

Woordenschat - Thema 4
- Legitimatiebewijs
- Privacy
- Park
- Platteland
- Centrum
- Gemeente
- Appartement


- Verbouwen
- Inschrijven
- Randstad
- Buurt
- Pand
- Wijk
- Huren
- Verblijven

Slide 10 - Tekstslide

Legitimatiebewijs
Identiteitskaart of paspoort.

Slide 11 - Tekstslide

Privacy
Informatie over jou die anderen niet mogen weten.

Slide 12 - Tekstslide

Park
Centrum
Wijk/Buurt

Slide 13 - Tekstslide

Verblijven
Ergens overnachten (slapen). 


Ik ga op vakantie naar Spanje, en verblijf in een hotel.

Slide 14 - Tekstslide

Verbouwen
Iets veranderen aan een gebouw of huis.

Slide 15 - Tekstslide

Randstad
Gebied in Nederland met vier grote steden: Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag.

Slide 16 - Tekstslide

www.studiemeter.nl
Maak de opdrachten op studiemeter.nl
VIA Starttaal Online --> Via Vooraf op weg naar 1F --> Thema 4

Slide 17 - Tekstslide