Voorvoegsels + Achtervoegsels

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Voorvoegsels + Achtervoegsels

Today's planning

- CNN10

- Voorvoegsels en Achtervoegsels

- E Grammar

Voorvoegsels 

Voorvoegsels zijn letters die je voor een woord plaatst om de betekenis te veranderen.

un- (=niet/het tegenovergestelde)

re- (=opnieuw)

Voorvoegsels 

un- (=niet/het tegenovergestelde)

Voorbeeld: unhappy (=not happy)

                        unused (=not used) 

re- (=opnieuw)

Voorbeeld: rewrite (= opnieuw schrijven)

                        repaint (=opnieuw verfen)

I ________(wrap) my birthday gifts.

1. un-wrap
2. unwrap
3. wrap-un
4. wrapun

Use un- or re-
My shoelaces are untied, I'll _______(tie) them.

Achtervoegsels 

Achtervoegsels zijn letters die je achter een woord plaatst om de betekenis te veranderen.

Voorvoegsels 

-er (=de persoon die iets doet)

Voorbeeld: singer (=person who sings)

                        writer (=person who writes) 

-ful (=als iets een bepaalde eigenschap bevat)

Voorbeeld: playful (= speels)

                        colourful (=kleurrijk)

Voorvoegsels 

-less (=zonder)

Voorbeeld: hairless (= without hair)

                        fearless (=without fear) 

-ing (=het product van iets)

Voorbeeld: building (= product van bouwen)

                        painting (=product van verfen)

Thank you for your advice, you have been very __________ (help).

1. helpless
2. helpful
3. helper
4. helping

He has no friends, you could say he is _______(friend)

1. friendless
2. friendful
3. friender
4. friending

Choose: -er, -ful, -less or -ing.
He is a ______(play) of football.

Exercises:

Go to page 74.

Do exercise: 31 - 35. 

Done? 

Finish exercise 10-17.