8.1 Geluid maken en horen

Geluid
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Geluid

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
  • 8.1.1 Je kunt een aantal geluidsbronnen noemen.
  • 8.1.2 Je kunt uitleggen hoe het geluid van een luidspreker zich verspreidt tot je oren het geluid opvangen.
  • 8.1.3 Je kunt uitleggen wat een tussenstof is.
  • 8.1.4 Je kunt de geluidssnelheid in lucht van 20 °C noemen.
  • 8.1.5 Je kunt beschrijven hoe je geluid hoort.
  • 8.1.6 Je kunt berekenen welke afstand geluid heeft afgelegd in verschillende tussenstoffen.

In een gebied hebben verschillende soorten relaties met elkaar. Ook planten of dieren van dezelfde soort hebben invloed op elkaar. Ze kunnen samenwerken of met elkaar concurreren.




Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat is geluid?
TRILLING
altijd een tussenstof (bv  lucht of water).
Komt aan bij het  trommelvlies
Je trommelvlies in je oor gaat meetrillen met de lucht
Je zintuigcellen geven de trilling door aan je hersenen: dan hoor je geluid.

Slide 4 - Tekstslide

Geluidsbronnen
Is iets wat geluid maakt. 
  • Stem: stembanden trillen
  • Machines
  • Luidsprekers: conus trilt
  • Muziekinstrumenten: 
            gitaar: snaren trillen
            trommel: vel trilt

Slide 5 - Tekstslide

De trilling die begint in de geluidsbron verspreidt zich. Hiernaast zie je een luidspreker. Als de conus naar buiten gaat  wordt de lucht rond de conus een klein beetje samengeperst. Als de conus naar binnen gaat, wordt de lucht iets ‘verdund’. Daardoor verandert de luchtdruk steeds een klein beetje en gaat de lucht in alle richtingen trillen. 
Conus
Trillende lucht

Slide 6 - Tekstslide

De tussenstof
Je kunt een geluid alleen horen als er een tussenstof is: een stof waardoor de trillingen zich kunnen verplaatsen van de geluidsbron naar je oren. Meestal is lucht de tussenstof. Maar geluid kan zich ook verplaatsen door een vloeistof of een vaste stof (zoals metaal). 

Het geluid van je stem hoor je bijvoorbeeld niet alleen ‘buitenom’ (via de lucht), maar ook ‘binnendoor’ (via de botten van je schedel)

Slide 7 - Tekstslide

De geluidssnelheid
  • Geluid heeft tijd nodig om zich door een stof te verplaatsen.
  • Geluid heeft een snelheid
  • De snelheid van geluid is afhankelijk van de tussenstof
  • De geluidssnelheid in lucht is 340 m/s (meter per seconde), licht is dus sneller!!!(300 000 000 m/s.)

De geluidssnelheid in lucht is 340 meter per seconde. Dat betekent dat geluid in drie seconden iets meer dan een kilometer aflegt (3 × 340 m = 1020 m). Daardoor kun je snel uitrekenen hoe ver een onweersbui nog bij je vandaan is. Op het moment dat je een bliksemflits ziet, begin je de seconden te tellen. Je stopt als je de donder hoort. Deel het aantal getelde seconden door drie en je weet hoeveel kilometer het onweer bij jou vandaan is 

Slide 8 - Tekstslide

Geluid horen
Hiernaast het binnenste van een oor getekend. Als geluidstrillingen het oor bereiken, gaat het trommelvlies ook trillen.
• Het trommelvlies beweegt naar buiten als de luchtdruk bij A lager wordt.
• Het trommelvlies beweegt naar binnen als de luchtdruk bij A hoger wordt.
Op die manier trilt het trommelvlies mee met de trillingen in de lucht. Zintuigcellen nemen deze beweging waar en geven dat door aan de hersenen.

A

Slide 9 - Tekstslide

Geluidssnelheid in andere stoffen
Geluid verplaatst zich in lucht met een snelheid van ongeveer 340 meter per seconde. In andere stoffen is de geluidssnelheid vaak veel groter. Geluid beweegt bijvoorbeeld wel 4,5 keer zo snel in water als in lucht. In tabel 1 zie je hoe groot de geluidssnelheid is in verschillende stoffen.

Slide 10 - Tekstslide

1

Slide 11 - Video

00:00
Ruben's tube (of buis van Ruben)
In de buis zit gas en er wordt muziek door gespeeld. De trillingen veroorzaken het effect. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Aan het werk! NOVA!
Wat? 8.1 Geluid maken en horen- opdrachten 1 t/m 16.

Waar? In Magister.me in de studiewijzer mens en natuur. 

Klaar? Test jezelf. 
Niet af? Dan is het Huiswerk!!!

timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide