3.1 Parlementaire democratie

PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE 
Politieke besluitvorming en speerpunten.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE 
Politieke besluitvorming en speerpunten.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soevereiniteit
Vrede van Westfalen (1648): Een staat is soeverein als die op een bepaald , duidelijk begrensd gebied het hoogste gezag uitoefent en het geweldsmonopolie heeft.

Thomas Hobbes (17e eeuw) geloofde dat de soevereiniteit bij 1 vorst, de soeverein, moest liggen. Het alternatief zou namelijk oorlog van allen tegen allen zijn.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. De manier van politieke besluitvorming is grondwettelijk vastgelegd.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De politiek bemoeit zich alleen met zaken die van algemeen belang zijn > dus als er veel mensen er voordeel aan hebben of gebruik van maken.

In Nederland helpt de overheid burgers als dat nodig is = verzorgingsstaat

Zaken die voor veel mensen spelen of van belang zijn komen op de politieke agenda.
algemeen belang: milieu
algemeen belang: goed onderwijs
Algemeen belang: goede gezondheidszorg 
Algemeen belang: veiligheid 
Algemeen belang: goede ouderenzorg 
algemeen belang: weinig files. goede snelwegen
De rol van de politiek bij maatschappelijke problemen
Bedenk drie voorbeelden van zaken die van algemeen belang zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

politieke besluiten
Waarvoor kiezen jullie?

Daadkrachtig en efficient besturen---> Doelmatig resultaat

maximale participatie ---> een proces van democratische besluitvorming met een zorgvuldige afweging van de verschillende belangen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het belang van politiek
Politiek gaat over het maken van keuzes waaraan allen in een staat zijn gebonden. 

De meeste onderwerpen: algemeen belang. Bijv. bestrijding criminaliteit, zorgen voor vaccinaties etc. 

Politiek gaat ook over dilemma's.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Directe democratie = burgers mogen stemmen over wet
Indirecte democratie = burgers kiezen volksvertegenwoordigers

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- Directe democratie: burgers beslissen direct over een onderwerp zoals bij een referendum.


- Indirecte democratie: we kiezen vertegenwoordigers die namens ons de beslissingen nemen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een rechtsstaat?
Rechtsstaat = een staat waarin je als burger met grondrechten wordt beschermd tegen machtsmisbruik en willekeur van de overheid.
  • Nederland is democratische rechtsstaat: burgers mogen meebeslissen.
  • en een sociale rechtsstaat: wetten/voorzieningen voor welvaart/welzijn volk. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken democratie:
  • Burgers hebben politieke grondrechten: volk bepaalt wie bestuur vormt + vrije / geheime verkiezingen.
  • Er is individuele vrijheid (grondrechten)
  • Politie en leger hebben wettelijk beperkte bevoegdheden.
  • Er bestaat onafhankelijke rechtspraak.
  • Er bestaat persvrijheid.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



  • Gekozen parlement = hoogste machtsorgaan.
  • Uitvoerende macht = gekozen door het parlement.
  • Vaak een niet-gekozen staatshoofd.


  • Volk kiest parlement en president.
  • President heeft veel politieke macht.
  • President = hoofd van de regering,  kan ministers benoemen en ontslaan.
  • President kan meestal niet het parlement ontbinden.
Parlementair stelsel =
Presidentieel stelsel =

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Autoritaire regimes/Dictatuur 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Autoritaire regimes
  • Niet alle landen hebben een democratie als staatsvorm
  • Kritische participatie van burgers is vaak onmogelijk
  • schendingen van mensenrechten en politiek (overheids) geweld
  • gewone burgers weinig invloed en vrijheden
  • verkiezingsfraude
  • geen onafhankelijke rechtspraak
  • een autoritair regime kan geen rechtsstaat zijn
  • er is geen persvrijheid (censuur)

autoritair regime = een bestuursvorm waarin de 3 machten niet van elkaar gescheiden zijn maar in handen zijn van een kleine groep mensen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten autoritaire regimes

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Totalitaire Ideologieën vs. Autoritaire Regimes
Totalitaire ideologieën zijn anders dan autoritaire regimes omdat ze de intentie hebben om alle aspecten van het leven van burgers te beheersen, terwijl autoritaire regimes alleen politieke macht willen behouden.

Slide 16 - Tekstslide

Leg het verschil uit tussen totalitaire ideologieën en autoritaire regimes.