Lesson 6 - telling time & GRAMMAR E

Chapter 2 Time for school
  • Quiz(What time is it?)
  • Learn the theme words
  • Yes/No questions
  • Negations
  • Make your own timetable
  • Quizlet live

Bonus: BLOOKET
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Chapter 2 Time for school
  • Quiz(What time is it?)
  • Learn the theme words
  • Yes/No questions
  • Negations
  • Make your own timetable
  • Quizlet live

Bonus: BLOOKET

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What time is it?
A
Ten to two
B
Ten past ten
C
Eleven past ten
D
Time to sleep

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What time is it?

A
Ten past half nine
B
Twenty past nine
C
Forty past nine
D
Twenty to nine

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


What time is it?
A
Half nine
B
Half to ten
C
Half ten
D
Half past nine

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekend "break time"?
A
Lunch tijd
B
Pauze
C
Sporten
D
De les is voorbij

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What time is it?
A
It's seven hour.
B
It's seven o'clock.
C
It's seven hours.
D
It's seven clock.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What time is it?
A
twenty past twelve
B
twelve o'clock
C
twelve past fout
D
four o'clock

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


What time is it?
A
Quarter over three
B
Quarter to three
C
Quarter past three
D
Quarter for three

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


What time is it?
A
five for twelve
B
fifty-five past one
C
fifty-five over one
D
five to twelve

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What time is it?
A
It is ten to three.
B
It is ten for three.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

E Writing & Grammar
  • Do ex. 30 (pg. 108) together first.
  •  Watch video "Questions: yes/no questions".
  • Do ex. 31, 32 in pairs or alone. Done? Do ex. 33A.

  • Watch video "Negative sentences".
  • Do ex. 34 & 35.
  • Check at the end of class!
timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de EERSTE stap die je doet wanneer je yes/no questions moet maken?
A
Je zoekt naar een eenhoorn.
B
De docent lief aankijken zodat zij het antwoord gaat geven.
C
Je kijkt of het werkwoord to be, can of have got in de zin staat.
D
Je geeft gewoon op, want het is te moeilijk.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ALS het werkwoord to be, can of have got in de zin staat, waar zet je deze dan neer in een yes/no question?
A
Aan het begin van de vraag.
B
Aan het einde van de vraag.
C
Nergens.
D
Je mag zelf een leuke plek verzinnen.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Which words do you use to make yes/no questions?
A
do/does/am/is/are/can
B
What/where/when/why/which/how/what
C
did/was/were

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Write your own yes/no question.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn twee manieren om ontkenningen te maken in het Engels
A
True
B
False

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Make negative sentences!
Mandy ..........................................
her room on Thursday. (not/to tidy up)
A
don't tidy
B
doesn't tidy
C
not tidy
D
hasn't tidy

Slide 17 - Quizvraag

-Tegenwoordige tijd.
-Er staat maar 1 werkwoord in de zin (tidy), dus heb je een hulpwerkwoord nodig: DO of DOES.
-Mandy is SHIT, dus DOES + NOT = doesn't
Make a good negative sentences.
My little brother plays with his toys.
A
Does my little brother play with his toys?
B
Does my little brother plays with his toys?
C
My little brother doesn’t play with his toys.
D
My little brother don’t play with his toys.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Write your own negative sentence (ontkenning met not/n't)

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

End of class
  • Vragen? Voor vrijdag: Lees door grammar 4 + 5 en bedenk een hulpvraag die je kan helpen het te begrijpen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Learn the theme words and timetables
1. Learning Corner: vocabulary
-learn the words (school vakken) p. 130
- finish exercise 27 (p.106)
2. Maak een rooster voor een schoolweek, inclusief lessen, activiteiten en pauzes. (zie p.107)
3. Praten over je rooster met je teamgenoot.(Zie stones on p.132)


timer
20:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Self study time
Onderdeel E(30, 31,32,33,34)
Onderdeel G(45,46,47)
timer
20:00

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies