V1C Unit 2 - recap 3

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Unit 2 - recap lesson 3

How are you feeling today?

😒🙁😐🙂😃

When do you use the present simple?

1. Feiten & blijvende situaties
2. als iets nu bezig is
3. gewoontes
4. iets gebeurd soms, vaak, normaal gesproken, altijd, nooit

Bij welke personal pronouns komt er "+s" achter het werkwoord?

1. she/he
2. we/they/you
3. I/you
4. she/he/it

How do you make a positive (bevestigende) sentence with the present simple?

1. werkwoord (+s)
2. do/does + onderwerp + ww (+s)
3. don't/doesn't + ww(+s)
4. do/does + ww

How do you make a negative (ontkennende) sentence with the present simple?

1. werkwoord (+s)
2. do/does + onderwerp + ww
3. don't/doesn't + ww
4. do/does + ww

How do you make a question with the present simple?

1. werkwoord (+s)
2. do/does + onderwerp + ww
3. don't/doesn't + ww
4. do/does + ww

Maak een bevestigende (+) zin in de present simple met het werkwoord "listen"

Maak een ontkennende (-) zin in de present simple met het werkwoord "buy"

Maak een vraag(?) in de present simple met het werkwoord "recommend"

keep this slide open

How do you feel about your ability to pass the test?

😒🙁😐🙂😃

Why do you feel like that? (je mag in het nederlands antwoorden)

I now can use to make the present simple

😒🙁😐🙂😃

I now can use the present simple correctly

😒🙁😐🙂😃

I know what to expect from the test

😒🙁😐🙂😃