Antonyms

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Synonyms
Een synoniem is een woord met dezelfde betekenis als een ander woord.

Kapot - Stuk
Hollen - Rennen
Maar - Echter

Slide 2 - Tekstslide

Antonym
Een antoniem is een woord dat het tegenovergestelde betekent van een ander woord.

Warm - Koud
Licht - Zwaar
Jong - Oud

Slide 3 - Tekstslide

Find the antonym:
Long
A
Low
B
Thin
C
Short
D
Shallow

Slide 4 - Quizvraag

Find the antonym:
Always
A
Sometimes
B
Usually
C
Never
D
Often

Slide 5 - Quizvraag

Find the antonym:
Clean
A
Beautiful
B
Dirty
C
Tidy up
D
Clear

Slide 6 - Quizvraag

Find the antonym:
Terminate
A
Begin
B
End
C
Halt
D
Stop

Slide 7 - Quizvraag

Find the antonym:
Moist
A
Wet
B
Dry
C
Swimming
D
Damp

Slide 8 - Quizvraag

Fill in the antonym:
slow

Slide 9 - Open vraag

Fill in the antonym:
Poor

Slide 10 - Open vraag

Fill in the antonym:
Difficult

Slide 11 - Open vraag

Fill in the antonym:
Empty

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Video

Negative prefixes
Sommige woorden hebben een voorvoegsel om aan het tegenovergestelde te komen.
Moral - Immoral
Honest - Dishonest
Legal - Illegal
a–, dis–, il–, im–, in-, ir–, non–, un–.

Slide 14 - Tekstslide

Fill in the antonym:
Unstable

Slide 15 - Open vraag

Fill in the antonym:
Forgiving

Slide 16 - Open vraag

Fill in the antonym:
Like

Slide 17 - Open vraag

Fill in the antonym:
Active

Slide 18 - Open vraag

Fill in the antonym:
Happy

Slide 19 - Open vraag

Wat betekent affluent?

He is not an affluent man

Slide 20 - Open vraag

Wat betekent affluent?
He is not an affluent man; on the contrary, he is quite poor.

Slide 21 - Open vraag

Hideous
Scatter
Puny
Stagnant
Moving
Attractive
Strong
Gather

Slide 22 - Sleepvraag