Module 12: breuk - decimale schrijfwijze
Zet de decimale vorm om naar een onvereenvoudigbare breuk.
0,66
0,66
1 / 19
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Zet de decimale vorm om naar een onvereenvoudigbare breuk.
0,66
0,66
Slide 1 - Open vraag
Zet de decimale vorm om naar een onvereenvoudigbare breuk.
-0,48
-0,48
Slide 2 - Open vraag
Zet de decimale vorm om naar een onvereenvoudigbare breuk.
0,09
0,09
Slide 3 - Open vraag
Zet de decimale vorm om naar een onvereenvoudigbare breuk.
-1,8
-1,8
Slide 4 - Open vraag
Zet de decimale vorm om naar een onvereenvoudigbare breuk.
-0,125
-0,125
Slide 5 - Open vraag
Zet de decimale vorm om naar een onvereenvoudigbare breuk.
2,4
2,4
Slide 6 - Open vraag
Begrensd of onbegrensd?
0,5555555
0,5555555
A
begrensd
B
C
Onbegrensd
Slide 7 - Quizvraag
Begrensd of onbegrensd?
0,5555555...
0,5555555...
A
begrensd
B
C
Onbegrensd
Slide 8 - Quizvraag
Bepaal de periode INDIEN onbegrensd van 0,55
Slide 9 - Open vraag
Bepaal de periode INDIEN onbegrensd. 0,87655555...
Slide 10 - Open vraag
Bepaal de periode INDIEN onbegrensd. -1, 90101...
Slide 11 - Open vraag
Bepaal de periode INDIEN onbegrensd. -10, 898989
Slide 12 - Open vraag
Behoort 0,55 tot Q?
A
ja
B
soms
C
nee
Slide 13 - Quizvraag
Behoort 0,55... tot Q?
A
ja
B
soms
C
nee
Slide 14 - Quizvraag
Behoort -0,55... tot Q?
A
ja
B
soms
C
nee
Slide 15 - Quizvraag
Behoort -0,5676462... tot Q?
A
ja
B
soms
C
nee
Slide 16 - Quizvraag
Behoort ... tot Q?
π
A
ja
B
soms
C
nee
Slide 17 - Quizvraag
Zet om naar een decimale vorm (met ZRM)
6/9
6/9
Slide 18 - Open vraag
Zet om naar een decimale vorm (met ZRM)
-7/11
-7/11
