We hebben de theorie behandeld over beweging en snelheid.
We hebben als proefje de tijden opgenomen van 5 bewegingen over meerdere afstanden.
Deze tijden hebben we in een tabel gezet.
Slide 4 - Tekstslide
Inleiding:
In het document stond ook een (leeg) X-Y as getekend op grafiekpapier.
Met deze grafiek moest je ook diverse vragen beantwoorden.
Hoe bereken je de snelheid ook alweer uit en hoe reken je deze ook alweer om.......
Slide 5 - Tekstslide
Lesdoel:
- je leert je eigen gegevens om te zetten naar een grafiek.
- je leert je eigengemaakte grafiek te gebruiken om gegevens
te onderzoeken.
- je leert om met je eigen gegevens te rekenen met formules.
Slide 6 - Tekstslide
Meetgegevens van U1AHA gr 1
Slide 7 - Tekstslide
Van tabel naar grafiek
We moeten van de gegevens uit de tabel een plaats-tijd diagram maken.
Dus plaats op de
Y-as en tijd op de X-as.
Dit noemen wij een
X-T diagram.
Slide 8 - Tekstslide
Stap 1
Slide 9 - Tekstslide
Stap 1:
1. bepaal wat op de X-as komt. (tijd in seconden. max 45 sec.)
2. bepaal wat op de Y-as komt. (plaats in meters. max. 100 m.)
3. Wat schrijf ik naast de assen?
Slide 10 - Tekstslide
Stap 2
Slide 11 - Tekstslide
Stap 2:
Door de afstand in meters te zoeken kunnen we een stip zetten op het tijdstip waarop onze meting werd gedaan. Dus 10 meter op 4,53 sec., 20 meter op 12,64 sec., 30 meter op 15,76 seconde en zo verder. .......
Slide 12 - Tekstslide
Stap 3
Pak een linieaal en werk vanuit de oorsprong (0,0).
Trek een lijn vanuit de oorsprong naar de laatste punten, probeer hier zoveel als mogelijk de stippen onder en boven de streep wat te verdelen.
Slide 13 - Tekstslide
Stap 3
Slide 14 - Tekstslide
Stap 4
Op deze manier (stap 1 t/m stap 3) maak je en grafiek van je eigen gegevens. Dit herhalen we ook voor het printen, rustig fietsen, snel fietsen en fietsen met iemand achterop.
Denk erom dat iedere grafiek een eigen lijnkleur krijgt.
Slide 15 - Tekstslide
Stap 4
Slide 16 - Tekstslide
Vergelijk jouw plaats tijddiagram met de plaatstijd diagram in paragraaf 3.
Slide 17 - Tekstslide
Bij welke bewegingen is de beweging min of meer eenparig? Waar aan zie je dat?
Slide 18 - Tekstslide
Eenparige beweging
Als je goed kijkt zie je dat bij iedere beweging de meeste stippen mooi verdeeld zitten over de lijn.
Deze lijnen laten zien dat eigenlijk alle bewegingen mooi constant zijn, dus eenparig.
Dit zie je doordat de lijnen mooi recht zijn.
Slide 19 - Tekstslide
Bij welke beweging kun je duidelijk zien dat de beweging in het begin versneld is, waar zie je dat?
Slide 20 - Tekstslide
versnelde beweging
In onze grafieken is niet te herleiden ,met de gekozen schaal, welke beweging in het begin versneld is.
Immers de puntjes geven aan dat alles een rechte lijn is.
Ik ga er van uit dat de meting met 2 mensen op de fiets een versnelde beweging is omdat de fietser rustig op tempo moet komen door de extra massa.
Slide 21 - Tekstslide
Bereken de gemiddelde snelheid per beweging
V = snelheid
Vgem = gemiddelde snelheid
S = afstand
t = tijd
Slide 22 - Tekstslide
Berekening:
Beweging a:
s = 80 meter
t = 42,74 seconden
Vgem= 80 / 42,74 = 1,87 m/s
Vgem = 1,87 * 3,6 = 6,74 km/h
Slide 23 - Tekstslide
Berekening:
Beweging b:
s = 80 meter
t = 13,72 seconden
Vgem= 80 / 13,72 = 5,83 m/s
Vgem = 5,83 * 3,6 = 20,99 km/h
Slide 24 - Tekstslide
Berekening:
Beweging c:
s = 80 meter
t = 24,03 seconden
Vgem= 80 / 24,03 = 3,33 m/s
Vgem = 3,33 * 3,6 = 11,99 km/h
Slide 25 - Tekstslide
Berekening:
Beweging d:
s = 80 meter
t = 13,87 seconden
Vgem= 80 / 13,87 = 5,77 m/s
Vgem = 5,77 * 3,6 = 20,76 km/h
Slide 26 - Tekstslide
Welke beweging gaat het snelst?
Slide 27 - Tekstslide
Vragen?
Slide 28 - Tekstslide
Samenvattend
- je hebt je eigen gegevens gebruikt om deze om te zetten naar een grafiek.
- je hebt je eigengemaakte grafiek te gebruikt om gegevens
te onderzoeken.
- je hebt geleerd om met je eigen gegevens te rekenen met formules.