Nieuwsbegrip Superjacht te groot voor Rotterdamse brug

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een monument?
A
Een bouwwerk dat beschermd moet worden
B
Een oud gebouw
C
Een kunstwerk of standbeeld
D
Een lieve oude vrouw

Slide 2 - Quizvraag

Als iets tijdelijk is, duurt het:
A
voor altijd
B
niet voor altijd

Slide 3 - Quizvraag

Waar zie je het jacht?
A
B
C
D

Slide 4 - Quizvraag

Waar kun je geen eigenaar van zijn?
A
B
C
D

Slide 5 - Quizvraag

Waar wordt 'via' niet goed gebruikt?
A
Ik ga met het vliegtuig naar New York via Londen.
B
Hij gaat met de trein naar Utrecht via Amsterdam.
C
Ik maak taart via bloem en eieren .
D
Ik loop naar huis via de supermarkt.

Slide 6 - Quizvraag

In welke zin is oorspronkelijk goed gebruikt.
A
Soms eet ik oorspronkelijk chips.
B
Oorspronkelijk kom ik uit Amsterdam, maar nu woon in in Rotterdam.
C
Oorspronkelijk heeft een groot hoofd.
D
Sorry, dat ging oorspronkelijk!

Slide 7 - Quizvraag

Scheepvaart is....
A
Heel veel water.
B
Een grote boot.
C
Een brug over het water.
D
Het verkeer op het water.

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor verontwaardigd?
A
boos
B
niet
C
blij
D
geld

Slide 9 - Quizvraag

In welke regio staat de school?
A
Friesland
B
Amsterdam Nieuw-West
C
het strand
D
Frankrijk

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer moet je heel precies zijn?
A
bij het kijken van een film
B
als je een toets maakt
C
tijdens het eten
D
als je slaapt

Slide 11 - Quizvraag