3.1 POLITIEK

PLANNING 
welkom 
3.1 klassikaal bespreken 
3.1 zelfstandig maken
klassikaal afsluiten 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

PLANNING 
welkom 
3.1 klassikaal bespreken 
3.1 zelfstandig maken
klassikaal afsluiten 

Slide 1 - Tekstslide

3.1 WAT IS POLITIEK?

Slide 2 - Tekstslide

POLITIEK

Slide 3 - Woordweb

Politiek: het maken van keuzes of het nemen van besluiten waardoor een land, provincie of gemeente bestuurd kan worden.
Overheid: politici + ambtenaren
Ambtenaren:  personen die werken voor de overheid.
Wie nemen de besluiten?

Slide 4 - Tekstslide


Wat is politiek?
A
Het maken van keuzes en nemen van besluiten over het land, provincie en gemeente
B
Alle politici en ambtenaren bij elkaar
C
Democratie
D
Het recht om te mogen stemmen

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de overheid
A
alleen ambtenaren
B
alleen politici
C
politici en ambtenaren samen
D
Meneer Karlsson

Slide 6 - Quizvraag

Als je werkt voor de overheid ben je een ...........
A
Politicus
B
Ambtenaar
C
Democraat
D
Minister

Slide 7 - Quizvraag

Belasting: bekostigen van algemeen belang. 
vs. bezuinigen: minder geld uitgeven.
Algemeen belang: zaken die voor heel ven mensen belangrijk zijn.
Besluiten voor iedereen

Slide 8 - Tekstslide

De politiek gaat over het algemeen belang. Wat is GEEN algemeen belang?
A
Dat Annabel naar school kan
B
Dat Bram zijn opa naar het ziekenhuis kan
C
Dat Christol overal WIFI heeft
D
Dat Dennis naar de sportschool kan

Slide 9 - Quizvraag

De politiek gaat over het algemeen belang. Wat is GEEN algemeen belang?
A
goed onderwijs voor iedereen
B
goedkope en goede zorg
C
goedkope kleding
D
goede straatverlichting

Slide 10 - Quizvraag

Democratie: Het volk heeft invloed op politieke besluiten. 
Directe democratie: als inwoners zelf mogen stemmen over een wet/probleem d.m.v. een referendum
Democratie 
Indirecte democratie: Volksvertegenwoordigers nemen namens ons beslissingen. 

Slide 11 - Tekstslide

Bij een indirecte democratie:
A
kiest de bevolking politici die voor hen besluiten nemen
B
stemt de bevolking zelf over elk besluit.
C
kiest de bevolking in een referendum de vertegenwoordigers
D
kiezers en de volks-vertegenwoordigers samen de besluiten.

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een indirecte democratie?
A
Het kiezen van een volksvertegenwoordiger
B
een referendum
C
Het kiezen van een algemeen belang
D
Bezuinigen

Slide 13 - Quizvraag

Nederland is een indirecte democratie
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quizvraag

ZELF AAN DE SLAG!
3.1 zelfstandig maken
bladzijde 32-33
opdrachten 2, 3,4,6,7

Slide 15 - Tekstslide