Je kunt uitleggen wat signaalwoorden en tekstverbanden zijn
Je kunt signaalwoorden herkennen en koppelen aan het juiste tekstverband
Slide 3 - Tekstslide
Vooruitblik
Slide 4 - Tekstslide
Uitleg: Tekstverbanden
In teksten hebben zinnen en alinea's altijd met elkaar te maken.
- In andere woorden: ze staan met elkaar in verband.
Hoe weet je nu welk verband de zinnen/alinea's met elkaar hebben? - Hier kom je achter door te kijken naar signaalwoorden. - Zie je een signaalwoord staan -> kijk dan in het schema en zoek het tekstverband op
Slide 5 - Tekstslide
Uitleg: Tekstverbanden
In teksten hebben zinnen en alinea's altijd met elkaar te maken.
- In andere woorden: ze staan met elkaar in verband.
Hoe weet je nu welk verband de zinnen/alinea's met elkaar hebben? - Hier kom je achter door te kijken naar signaalwoorden. - Zie je een signaalwoord staan -> kijk dan in het schema en zoek het tekstverband op
Slide 6 - Tekstslide
Uitleg: Signaalwoorden
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht
Lees de tekst door
Nummer 1 t/m 6 in de vergaderchat
Zet achter het nummer welk tekstverband erbij hoort
Slide 8 - Tekstslide
Antwoorden
Maar = tegenstelling
Ten slotte = opsomming
Bijvoorbeeld = voorbeeld
En = opsomming
Ook = opsomming
Ook = opsomming
Slide 9 - Tekstslide
Opdrachten
Wil je extra oefenmateriaal van juf? Zet jouw antwoord in de vergaderchat.
Ja = extra oefenmateriaal
Nee = ik ben klaar voor het SO
Juf stuurt jou de extra oefenopdracht via Outlook (mail)
Slide 10 - Tekstslide
Evaluatie
1. Wat vond je van deze les? Zet het antwoord in de vergaderchat.
Goed = duimpje omhoog
Mwah = duimpje naar beneden
2. Leren voor het SO Schema 'Tekstverbanden en Signaalwoorden'
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Office 365
Ga naar Google
Toets in: aanmelding office365
Log in met jouw leerlingnummer@live.bc-enschede.nl