MAw 8/11

Wat gaan we deze les doen?
3.1 Sociale ongelijkheid
Plannen actualiteitenpresentatie





1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?
3.1 Sociale ongelijkheid
Plannen actualiteitenpresentatie





Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
Je kunt het kernconcept sociale ongelijkheid uitleggen.
Je kunt de vier soorten hulpbronnen noemen, die ongelijk verdeeld zijn in het geval van sociale ongelijkheid.
Je kunt sociale mobiliteit uitleggen.
Je kunt het verschil tussen positietoewijzing en positieverwerving uitleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale ongelijkheid
Sociale ongelijkheid is een situatie waarin verschillen tussen mensen, al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en die leiden tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaarde zaken, van waardering en behandeling.

Slide 3 - Tekstslide

pagina 47
Vier soorten sociale ongelijkheid
Sociale ongelijkheid ontstaat bij een ongelijke verdeling van hulpbronnen:
1. economische hulpbronnen; geld en bezit
2. sociale hulpbronnen;  contacten met mensen
3. symbolische hulpbronnen; status en aanzien
4. politieke hulpbronnen; macht en gezag

Slide 4 - Tekstslide

pagina 49
Maatschappelijke ladder
  • De verdeling van de maatschappij in groepen waartussen sociale ongelijkheid bestaat noemen we sociale stratificatie
  • Het ordenen van de sociale lagen resulteert in de maatschappelijke ladder

Slide 5 - Tekstslide

pagina 49
Sociale mobiliteit
  • jouw plek op de maatschappelijke ladder staat niet vast
  • sociale mobiliteit kan verklaard worden door positie toewijzing of positieverwerving

Slide 6 - Tekstslide

pagina 49
Sociale mobiliteit
Positietoewijzing:
door maatschappelijke oorzaken komt een persoon of groep op een bepaalde plek terecht.
Positieverwerving:
mensen verwerven hun maatschappelijke positie door eigen toedoen, door hun acties. 
In gesloten samenlevingen is er nauwelijks sprake van sociale mobiliteit. 
In een open samenleving hebben mensen meer kansen om sociaal mobiel te zijn.

Slide 7 - Tekstslide

pagina 50
Opdracht
Bekijk het fragment uit de documentaire ´Wit is ook een kleur´van Sunny Bergman.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Stelling
Wanneer je wit bent in Nederland, heb je daarmee veel voordelen die je vooruithelpen in het leven.

Praat in een groepje van 3 of 4 personen over deze stelling en beargumenteer waarom je voor of tegen deze stelling bent.


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
Je kunt het kernconcept sociale ongelijkheid herkennen in een context. 
Je kunt het kernconcept sociale ongelijkheid uitleggen.
Je kunt de vier soorten hulpbronnen noemen, die ongelijk verdeeld zijn in het geval van sociale ongelijkheid

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk
Opdracht 1 en 2

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies