Netwerk & Security les 6

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
InformaticaMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


DHCP
DNS
MX record

Slide 2 - Tekstslide

Wat is DHCP
DHCP staat voor Dynamic Host Configuration Protocol. Dit is een server van uw router welke automatisch een IP adres toewijst aan computers binnen uw thuisnetwerk. De DHCP server zoekt het eerste beschikbare IP adres op en kent deze toe aan uw computer om verbinding mogelijk te maken met internet. Zo zorgt DHCP ervoor dat wanneer u vanaf uw computer een website opvraagt, de teruggestuurde data (om de website te weergeven) bij diezelfde computer terug komt.

Slide 3 - Tekstslide

Hoe werkt DHCP
  • De computer stuurt een datapakket (met een aanvraag voor een IP adres) naar alle computers binnen het lokale netwerk.
  • Alle computers in het lokale netwerk ontvangen deze dus ook de DHCP server.
  • De DHCP server een datapakket terug met een aanbod voor een IP adres.

Slide 4 - Tekstslide

  • De computer ontvangt het datapakket, kiest het IP adres en conformeert vervolgens het IP adres aan de DHCP server.
  • De DHCP server verstuurt daarom data met de netwerk instellingen terug naar de computer.
  • Het IP adres is nu toegewezen aan de computer door de DHCP server.

Slide 5 - Tekstslide

Als je naar een site gaat, gebeurt dat door een URL op te vragen.
Op de achtergrond word er verbinding gemaakt met het IP adres van de server waar de website op gehost word.
Een DNS (Domain Name Server) zorgt ervoor dat een domeinnaam naar het juiste IP adres doorverwijst.
De DHCP server geeft deze informatie door aan uw computer.

Slide 6 - Tekstslide

DNS
DNS staat voor Domein Naam Systeem.

Dit systeem omvat een wereldwijde database van domeinnamen die hiërarchisch zijn opgebouwd. Deze domeinnamen zijn gekoppeld aan een IP-adres. (IP-adres = Uniek adres in de vorm van cijfers/getallen, waarmee een (internet-)computer of server geïdentificeerd kan worden.)

Slide 7 - Tekstslide

Een probleem met DNS servers, is dat voordat een naam vertaald kan worden naar een IP adres, een computer eerst contact moet zien te leggen met de DNS-server.
Dit kan niet door de DNS server een naam te geven die eerst vertaald moet worden door dezelfde DNS server. Daarom zie je in de configuratie van een computer binnen een netwerk, dat er een apart IP adres genoemd wordt waar de DNS server te vinden is.

Slide 8 - Tekstslide

Het is feitelijk onmogelijk en ondoenlijk om alle namen en ip adressen die er in de wereld te vinden zijn in een DNS server samen te laten komen. Deze server zou dan te veel verkeer te verwerken krijgen. Ook zijn er veiligheidsrisico’s. Wie mag bijvoorbeeld een adres aanpassen en wie niet?

Slide 9 - Tekstslide

Probeer voor je zelf eens te bedenken wat er zou gebeuren als een kwaadwillend persoon een adres aanpast in een DNS-server.

Slide 10 - Open vraag

De oplossing is om DNS-servers te verdelen in domeinen.
Te beginnen bij het zogenaamde top-level domein.
Dat is het laatste stukje van een adres. Dus voor een site als www.nu.nl, is het toplevel domein .nl. In de .nl DNS-server staan vervolgens alle DNS servers van adressen die op .nl eindigen. Dus ook nu.nl.
In de nu.nl DNS-server staan vervolgens de adressen van computers die via internet toegankelijk zijn. Bijvoorbeeld de webserver onder de naam www. Met deze laatste stap heeft je browser het IP adres van www.nu.nl gevonden en kan je browser het laatste nieuws ophalen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Mailserver
Maar omdat er nog wel eens gebruik gemaakt wordt van een backup server als de hoofdserver buiten gebruik is, wil je eigenlijk meer dan één computer opgeven als mailserver van een bepaald domein. Dit is met de normale entries niet mogelijk met een DNS server. Maar onder de MX (Mail exchange) kan je wel voor een domein meerdere mailservers opgeven. Je kan zelfs aangeven welke server eerst geprobeerd moet worden en welke als backup server dient. Dit gebeurt door een prioriteit mee te geven. Hoe lager het nummer hoe hoger de prioriteit.

Slide 13 - Tekstslide

voorbeeld MX record

Name            Type  Value                    Prio
domein.nl     MX     smtp1.byte.nl      10
domein.nl     MX     smtp2.byte.nl     20

Slide 14 - Tekstslide