7.2 Grenzen in Nederland

Grenzen en identiteit Nederland
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Grenzen en identiteit Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kent de begrippen 

Je kunt uitleggen wat het betekent dat Nederland een soeverein land is.

Je kunt voorbeelden geven van zaken waar provincies over beslissen en waar gemeenten over beslissen.

Je kunt voor jezelf beschrijven bij welke lokale, regionale, nationale of andere identiteit jij je het meeste thuis voelt en waarom dat zo is.

Slide 3 - Tekstslide

Nederland is Soeverein
Het Koninkrijk der Nederlanden:

Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten.


Slide 4 - Tekstslide

Nederland is Soeverein



Soevereiniteit = land met eigen wetten en regels
"Baas in eigen gebied"

Slide 5 - Tekstslide

Het territorium van Nederland  Een territorium is een gebied (land, water, luchtruim) dat binnen de landsgrenzen ligt.
Land, water, lucht en?

Slide 6 - Tekstslide

Verschillende Grenzen 
Bestuurlijke grenzen, zoals provincies en 
Gemeenten.

en veel andere grenzen bijvoorbeeld religieuze grenzen: 
de 'Bible belt'

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Grenzen binnen Nederland
Provincies  nemen beslissingen over: natuur, vervoer en energie  Gemeenten beslissen over: Voorzieningen, onderwijs en bouwgrond.

Slide 9 - Tekstslide

Grenzen binnen Nederland
Invloed van de burgers

Stemrecht
Bezwaar maken
Demonstreren
Meebeslissen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Nationale identiteit
Taal
Omgangsvormen 
Tradities
Godsdienst

Slide 12 - Tekstslide

Regionale identiteit

Slide 13 - Tekstslide

Lokale identiteit

Slide 14 - Tekstslide

Bij welke identiteit (lokaal, regionaal, nationaal) voel jij je thuis en waarom?

Slide 15 - Open vraag

Leerdoelen
Je kent de begrippen
Je kunt uitleggen wat het betekent dat Nederland een soeverein land is.
Je kunt voorbeelden geven van zaken waar provincies over beslissen en waar gemeenten over beslissen.
Je kunt voor jezelf beschrijven bij welke lokale, regionale, nationale of andere identiteit jij je het meeste thuis voelt en waarom dat zo is.

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
Maak de opdrachten bij   §7.2

Slide 17 - Tekstslide