Werkwoordspelling H6: Pvtt of vd? (2)

Welkom 2F!
Pak je leesboek er vast bij.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom 2F!
Pak je leesboek er vast bij.

Slide 1 - Tekstslide

Deze les...
- Bijpraten
- Stil lezen
- Lesdoel doornemen
- Herhaling werkwoordspelling H6: Pvtt of vd?
- Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Stil lezen
Pak je boek
en ga 
lekker lezen.

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel
Ik kan persoonsvormen en voltooid deelwoorden 
die hetzelfde klinken correct spellen.

Slide 4 - Tekstslide

Werkwoordspelling H6: pvtt of vd?
- Hoe bepaal je of een werkwoord eindigt op -d, -dt of -t?
- Stel eerst vast welke vorm het is: pvtt of vd.
- Pvtt? 1e persoon > ik-vorm
                 2e en 3e persoon > ik-vorm+t 
                                                          (behalve als 'je' achter de pv staat)
- Vd? Maak het woord langer. Hoor je -t-, dan schrijf je -t.
                                                                   Hoor je -d-, dan schrijf je -d.

Slide 5 - Tekstslide

Heeft iedereen de vraag correct (beantwoorden)?
A
pvtt
B
vd

Slide 6 - Quizvraag

Heeft iedereen de vraag correct (beantwoorden)?
A
beantwoord
B
beantwoordt

Slide 7 - Quizvraag

Max zegt dat zijn geschiedenisdocent de prachtigste verhalen (vertellen).
A
pvtt
B
vd

Slide 8 - Quizvraag

Max zegt dat zijn geschiedenisdocent de prachtigste verhalen (vertellen).
A
verteld
B
vertelt

Slide 9 - Quizvraag

De kleinkinderen worden in het weekend extra door hun grootouders (verwennen).
A
pvtt
B
vd

Slide 10 - Quizvraag

De kleinkinderen worden in het weekend extra door hun grootouders (verwennen).
A
verwend
B
verwent

Slide 11 - Quizvraag

De fotograaf heeft (onthullen) waar zijn nieuwe fotoserie over zal gaan.
A
pvtt
B
vd

Slide 12 - Quizvraag

De fotograaf heeft (onthullen) waar zijn nieuwe fotoserie over zal gaan.
A
onthuld
B
onthult

Slide 13 - Quizvraag

Het is belangrijk dat je je rekeningen altijd op tijd (betalen).
A
pvtt
B
vd

Slide 14 - Quizvraag

Het is belangrijk dat je je rekeningen altijd op tijd (betalen).
A
betaald
B
betaalt

Slide 15 - Quizvraag

Aan de slag!
MNV Werkwoordspelling opdr. 1 t/m 5, blz. 186-187
óf
 Maak NN Online H6 Spelling: Pvtt of vd? helemaal.

Deze opdrachten zijn huiswerk voor dinsdag 9 mei, 2e uur

Slide 16 - Tekstslide