1.2 Gedicht

                          1.2 Gedicht
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

                          1.2 Gedicht

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Je kunt een gedicht herkennen

Je weet wat een rijm is

Je kunt eenvoudige gedichten begrijpen

Je kunt zelf een gedicht schrijven

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een gedicht? Waaraan herken je een gedicht eigenlijk?

Slide 3 - Open vraag

Gedichten
Gedichten herken je aan hun vorm. De regels zijn kort, en in sommige gedichten staan ze in groepjes bij elkaar.

In een gedicht wordt veel gezegd met weinig woorden. Daarom moet je een gedicht meestal een paar keer lezen voordat je het goed begrijpt. 

Slide 4 - Tekstslide

Gedichten
In een gedicht worden dingen vaak op een leuke, mooie, bijzondere manier gezegd.


Slide 5 - Tekstslide

Zo herken je een gedicht
* Soms rijmen ze, maar dat hoeft niet

* Veel gedichten en songteksten bestaan uit meerdere korte stukjes.

* Gedichten gaan vaak over gevoelens of het zijn kleine, grappige verhaaltjes.


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer schrijven mensen een gedicht?

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Gedicht -Bekentenis

Bekijk het gedicht nog eens goed.
Wat valt je op aan dit gedicht?
Voor wie zou dit gedicht geschreven zijn?
Wat wil de dichter vertellen?
Vind je dit een mooi gedicht?
Waarom?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Songtekst
Een songtekst is eigenlijk ook een gedicht, maar dan op muziek.


Een ander woord voor gedichten is POËZIE.

Slide 14 - Tekstslide

Rijm
Als de laatste stukjes van twee woorden hetzelfde klinken, rijmen ze.
Bijvoorbeeld: 
bellen - bestellen.
leeuw - eeuw
Lange Fransie - vakantie
scoort - verstoord

Slide 15 - Tekstslide

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?

Slide 16 - Tekstslide

Gedicht - Sigaar

Bekijk het gedicht nog eens goed.
Wat valt je op aan dit gedicht?
Voor wie zou dit gedicht geschreven zijn?
Wat wil de dichter vertellen?
Vind je dit een mooi gedicht?
Waarom?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

STIFTGEDICHTEN
Wat is een stiftgedicht?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
Wat heb je nodig?

  • Blad van de docent

  • Een stift (donkere kleur) of een zwart potlood

Zelf een stiftgedicht maken

timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
  • Stap 1: omcirkel minstens 15 woorden die je mooi of
     opvallend vindt.

  • Stap 2: omcirkel nog 15 andere woorden die er goed tussen passen.
Stiftgedicht

timer
5:00

Slide 25 - Tekstslide

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
  • Stap 3: kras alle woorden die je niet hebt omcirkeld weg.

  • Stap 4: Maak met de 30 woorden die je over hebt je eigen gedicht!
                                           SUCCES!
Stiftgedicht

timer
5:00

Slide 26 - Tekstslide

Aan de slag

Hoofdstuk 1.2 Gedicht maken
Bladzijde 16 + 17

Stiftgedicht maken in je aantekeningenschrift

Slide 27 - Tekstslide