H2 2020 les 5 - Grammatica nk opdr 1-4, uitleg 2.7, mk 8,-12

- Nakijken opdracht 2,3,4,5 Grammatica zinsontleding

- Herhalen 'oude' woordsoorten

- Uitleg vier nieuwe voornaamwoorden

- Huiswerk vrijdag:  Gram Opdr 8 t/m 12


1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

- Nakijken opdracht 2,3,4,5 Grammatica zinsontleding

- Herhalen 'oude' woordsoorten

- Uitleg vier nieuwe voornaamwoorden

- Huiswerk vrijdag:  Gram Opdr 8 t/m 12


Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen



Grammatica H2 (woordsoortbenoeming):

- Je kunt alle woordsoorten van vorige hoofdstukken benoemen.

- Je leert vier nieuwe voornaamwoorden: vragend, aanwijzend, betrekkelijk en onbepaald voornaamwoord.


Slide 2 - Tekstslide

Nakijken Gram. H2: 2 (blz. 72)
  • 1 over die musical -> opmerkingen = bvb
  • 2 over die musical = bwb   voor het jongerentijdschrift -> tekst = bvb
  • 3 Op de Donald Duck = bwb
  • 4 op de Donald Duck -> abonnement = bvb

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken Gram. H2: 3 (blz. 73)

1 a Hebben | jullie | bij ‘Het hutje’ | afgesproken?
 b Hebben | jullie | bij dat kleine eettentje op de markt | afgesproken?
 c Hebben | jullie | bij ‘Het hutje’, dat kleine eettentje op de markt, | afgesproken?
2 vier zinsdelen
3 Alle zinnen hebben vier zinsdelen. Een van de zinsdelen wordt steeds langer door toegevoegde woorden.
4 Nee, er is geen betekenisverschil. Er wordt alleen meer informatie over ‘Het hutje’ gegeven.
5 Eigen werk.

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken Gram. H2: 4 (blz. 73)
  • 1a De leidinggevende van de supermarkt, meneer De Haan, heeft vrijdag mijn zus ontslagen.
  • 1b Mijn opa heeft gesmuld van de dagschotel, een mosselenschaal.
  • 1c Het artikel over vakantiespreiding staat in een van de bekendste Nederlandse kranten, het AD.

Slide 5 - Tekstslide

Nakijken Gram. H2: 5 (blz. 74)
 Zin 1
 ond: ze
 wwg: houden vast
 lv: hun buurman
 bwb: Met één hand, stevig
 Zin 2
 ond: ze
 wwg: steken
 lv: De andere hand
 bwb: juichend, in de lucht

Slide 6 - Tekstslide

Nakijken Gram. H2: 5 (blz. 74)
 Zin 3
 ond: Deze zesenzestig surfers, de recordbrekers
 wwg: hebben getrotseerd
 lv: de golven
 bwb: in Californië, op een supersurfplank, minstens tien seconden
 Zin 4
 ond: ze
 wwg: verbeterden
 lv: het wereldrecord met-zoveel-mogelijk-mensen-op-een-surfboard-staan
 bwb: Daarmee, met negentien mensen

Slide 7 - Tekstslide

Nakijken Gram. H2: 5 (blz. 74)
3 a een bijvoeglijke bepaling
 b Een bijstelling noemt het voorafgaande in andere woorden nog een keer. Dat gebeurt hier niet. Het deel uit vraag 3a geeft extra informatie bij wereldrecord. Dan is het een bijvoeglijke bepaling.
4 a de recordbrekers is de bijstelling
 b Ja, dat kan, want de twee delen betekenen hetzelfde. Je kunt ze voor elkaar inwisselen. Dat is het kenmerk van een bijstelling.

Slide 8 - Tekstslide

Zinsontleding stappenplan
1. Zoek gezegde in de zin
2. Verdeel in zinsdelen
3. Zoek één voor één de zinsdelen op ahv lijst
4. Alle zinsdelen benoemd? Dan zoek je de bvb en de bijstelling als laatste.

Slide 9 - Tekstslide




Woordsoorten

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Benoem de pers., bez., wederk. en wederkerig voornaamwoorden:
Waarom verdenk je Tristan van het ontvreemden van je Ipad?

Slide 12 - Open vraag

Benoem de pers., bez., wederk. en wederkerig voornaamwoorden:
Ik vergiste me in de datum van mijn leesautobiografie.

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Benoem de vr. vnw., aanw. vnw., betr. vnw. en onbep. vnw.
1 Welke docenten zou jij wel de nek om willen draaien?

Slide 18 - Open vraag

Benoem de vr. vnw., aanw. vnw., betr. vnw. en onbep. vnw.
2 Waarom heb jij voor die sport gekozen?

Slide 19 - Open vraag

Benoem de vr. vnw., aanw. vnw., betr. vnw. en onbep. vnw.
3 Het meisje dat ik zo leuk vind, schenkt geen aandacht aan mij.

Slide 20 - Open vraag

Benoem de vr. vnw., aanw. vnw., betr. vnw. en onbep. vnw.
4 Niemand zei dat het eenvoudig zou zijn.

Slide 21 - Open vraag

Huiswerk

Gram. H2: 8 t/m 12  


Slide 22 - Tekstslide