Herhaling
Letterlijke herhaling van ongeveer dezelfde woorden.
‘Nee, nee en nog eens nee. Je mag geen koekje uit de doos.’
Opsomming
Woorden of woordgroepen worden op een rij gezet. (met of zonder climax)
Overal in het OV gebruiken we nu mondkapjes; in de bus, de trein en de tram.
Pleonasme
Een eigenschap van een ander woord nogmaals noemen om daar de nadruk op te leggen.
De grijze mist maakt de straat nog troostelozer.
Die grappige mop vertelt hij altijd de eerste les van het jaar.
Tautologie
Iets dubbel zeggen met dezelfde betekenis in andere woorden.
Op zijn verjaardag werd de hele ruimte weer met pracht en praal een feestelijk geheel.
De stoelen staan na elke les schots en scheef in het lokaal.