Stelling, mening en argumenten
1. Stelling: Een uitspraak waar je het mee eens of oneens kan zijn.
2. Mening Wat je ergens van vindt. Een ander kan het hier (on)eens mee zijn.
3. Argumenten Met argumenten leg je uit waarom je iets vindt.
- Stelling (uitspraak): Noorwegen is mooi land.
- Mening: Ik vind Noorwegen prachtig.
- Argument (waarom?): want) In Noorwegen kun heel veel bergen beklimmen en van blauwe fjorden genieten.