Blok 6 week 1 les 4
T.T. V.T. of Volt.T.
De ringen glimmen
De ringen glimmen
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
1 / 27
Onderdelen in deze les
T.T. V.T. of Volt.T.
De ringen glimmen
De ringen glimmen
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
Slide 1 - Quizvraag
T.T. V.T. of Volt.T.
Boer Jan rook.
Boer Jan rook.
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
Slide 2 - Quizvraag
T.T. V.T. of Volt.T.
Ik heb geslepen.
Ik heb geslepen.
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
Slide 3 - Quizvraag
T.T. V.T. of Volt.T.
Het veulentje dronk.
Het veulentje dronk.
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
Slide 4 - Quizvraag
T.T. V.T. of Volt.T.
Deze kinderen zijn gekozen.
Deze kinderen zijn gekozen.
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
Slide 5 - Quizvraag
T.T. V.T. of Volt.T.
Kees schrikt.
Kees schrikt.
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
Slide 6 - Quizvraag
Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
de beweging
de beweging
Slide 7 - Open vraag
Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
de inktvis
de inktvis
Slide 8 - Open vraag
Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
het nieuwtje
het nieuwtje
Slide 9 - Open vraag
Typ de categorie(ën) in goede volgorde met een - ertussen (geen spaties, bijv.: 1-2-3)
de cirkel
de cirkel
Slide 10 - Open vraag
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 11 - Open vraag
Typ het woord nu nog een keer goed:
de vlooien
de vlooien
Slide 12 - Open vraag
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 13 - Open vraag
Typ het woord nu nog een keer goed:
zij kriebelen
zij kriebelen
Slide 14 - Open vraag
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 15 - Open vraag
Typ het woord nu nog een keer goed:
ik krab
ik krab
Slide 16 - Open vraag
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 17 - Open vraag
Typ het woord nu nog een keer goed:
Suriname
Suriname
Slide 18 - Open vraag
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 19 - Open vraag
Typ het woord nu nog een keer goed:
giftig
giftig
Slide 20 - Open vraag
Luister naar het woord en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 21 - Open vraag
Typ het woord nu nog een keer goed:
de rivier
de rivier
Slide 22 - Open vraag
Luister naar de zin en typ.
(zonder categorieën)
(zonder categorieën)
Slide 23 - Open vraag
Typ de zin nu nog een keer goed:
Heb jij van het sluwe spinnetje Anansi gehoord?
Heb jij van het sluwe spinnetje Anansi gehoord?
Slide 24 - Open vraag
Wat is de pv van deze zin?
Heb jij van het sluwe spinnetje Anansi gehoord?
Heb jij van het sluwe spinnetje Anansi gehoord?
Slide 25 - Open vraag
Wat is het onderwerp van deze zin?
Heb jij van het sluwe spinnetje Anansi gehoord?
Heb jij van het sluwe spinnetje Anansi gehoord?
Slide 26 - Open vraag
T.T. V.T. of Volt.T.?
Nina kreeg opnieuw muziekles.
Nina kreeg opnieuw muziekles.
A
T.T.
B
V.T.
C
Volt.T.
