Schrijven 3F les 5 Betoog

Schrijven 3F Betoog
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Schrijven 3F Betoog

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
1. Weet je hoe je stap-voor-stap een betoog moet schrijven.

2. Ken je de conventies die horen bij een betoog.

3. Kun je je eigen mening over een onderwerp op papier formuleren. En met goede argumenten onderbouwen

Slide 2 - Tekstslide

Theoriekaart
Lees de theoriekaart schrijven:
6 Betoog

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Betoog
  • Schrijf je om de lezer te overtuigen van jouw mening
  • Schrijfdoel: overtuigen
  • Bestaat uit: inleiding, kern en slot

Slide 5 - Tekstslide

Betoog
  • Inleiding:  Je introduceert het onderwerp en geeft je mening
  • Kern: Je onderbouwt je mening met 2 argumenten
    Je geeft ook 2 tegenargumenten en je weerlegt een tegenargument
  • Slot: Conclusie of samenvatting

Slide 6 - Tekstslide

De schrijver probeert bij een betoog ook de tegenpartij af te zwakken en geeft daarom
A
argumenten
B
meningen

Slide 7 - Quizvraag

Een goede schrijver bedenkt in zijn betoog al tegenargumenten. Waarom zou hij dit doen?
A
Het haalt zijn eigen stuk onderuit.
B
Hij kan direct aangeven waarom dit niet zo is.
C
Hij kan zijn argumenten daardoor zwaarder laten wegen.
D
Hij houdt wel van een beetje tegengas.

Slide 8 - Quizvraag

Dus in een betoog probeert de schrijver je te .........
A
aan het denken te zetten
B
overtuigen

Slide 9 - Quizvraag

Het slot van een betoog is vaak een .....
A
tegenargument
B
conclusie
C
opsomming
D
mening

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Video

Wat weet je van
studentenverenigingen?

Slide 12 - Woordweb

"Vindicat moet verboden worden."
Eens of oneens? Leg uit waarom.

Slide 13 - Open vraag

De stelling is:
"Studentenverenigingen als Vindicat moeten verboden worden."

Typ eerst "eens" of "oneens"

Geef daarna een reden waarom je dit vindt.

Slide 14 - Woordweb

Soorten argumenten


Feitelijke argumenten; het is een feit, het is gewoon zo.


Waarderende argumenten; jij vindt dit persoonlijk, een ander kan iets anders vinden.

Slide 15 - Tekstslide

"Ik vind dat studentenverenigingen verboden moeten worden, want niemand zou zich bloot moeten stellen aan de beschamende activiteiten van een ontgroening."
A
feitelijk argument
B
waarderend argument

Slide 16 - Quizvraag

"Ik vind Parijs een mooie stad, want er zijn veel oude gebouwen."
A
feitelijk argument
B
waarderend argument

Slide 17 - Quizvraag

"Ik vind Parijs een mooie stad, want de geschiedenis van de stad is erg interessant."
A
feitelijk argument
B
waarderend argument

Slide 18 - Quizvraag

drogredenen

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Video

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht 
Oefen het maken van een betoog (3F) door een oud examen te maken. Op papier bij Merel af halen of download de opdracht vanuit Teams.

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht Sander en de kloof

In Sander en de kloof laat Sander Schimmelpenninck zien dat er in Nederland grote ongelijkheid is tussen mensen met veel en weinig bezit. Wie minder heeft, krijgt minder kansen. Wat vind je daarvan, waarom vind je dat, en vooral: wat moet eraan gebeuren? Schrijf het zo overtuigend mogelijk op in minder dan 500 woorden. En stuur dat voor maandag 14 februari in via dit formulier.


Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link