In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Leerdoel
Leren rekenen met de modus en de mediaan
Slide 1 - Tekstslide
Modus mediaan
Modus: het getal dat het meest voor komt, als er twee getallen het meest voorkomen is er geen modus.
Mediaan: de getallen van groot naar klein zetten en dan het middelste getal opzoeken. Als er twee middelste getallen zijn, neem je het gemiddelde van deze getallen.
Slide 2 - Tekstslide
Voorbeeld
7, 8, 6, 6, 4, 9, 7, 6, 8
Wat is de modus?
Wat is de mediaan?
Slide 3 - Tekstslide
Wat is de modus van deze getallen? 1, 8, 3, 3, 1, 1, 1, 7, 4, 1, 4, 4
A
1
B
3
C
4
D
er is geen modus
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de modus van deze getallen? 11, 20, 11, 20, 17, 21
A
11
B
17
C
20
D
Er is geen modus
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de mediaan van deze getallen? 1, 1, 5, 7, 9
A
1
B
5
C
7
D
9
Slide 6 - Quizvraag
Wat is hier de mediaan? 9, 3, 11, 12
A
7
B
10
C
11
D
Er is geen mediaan
Slide 7 - Quizvraag
Hoeveelste getal is de mediaan
Even aantal getallen;
Bijv. 100 getallen; 100:2 = 50
50e en 51e getal zijn de middelste getallen
Oneven aantal getallen;
Bijv. 75 getallen; (75+1) : 2 = 38
38e getal is het middelste getal
Slide 8 - Tekstslide
Hoeveelste getal/getallen is/zijn het middelste bij 55 waarnemingen?
Slide 9 - Open vraag
Mediaan uit staafdiagram of tabel
- Bepaal het aantal waarnemingen (alle frequenties optellen)
- Bepaal het middelste getal.
- Tel de frequenties op, tot je bij de mediaan bent, die waarnemening is de mediaan.