Voorbereiding Rep H1 t/m H4

Voorbereiding Rep H1 t/m H4
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Voorbereiding Rep H1 t/m H4

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  1. Je gaat eerst Hoofdstuk 4 nakijken. Het antwoordblad vind je in Teams. 
  2. Maak de quizvragen in deze LessonUp. Ging dit goed? 
  3. Gebruik de rest van de les voor het maken van begrippenlijst en een samenvatting. Maak bij de samenvatting gebruik van de leerdoelen (Kennen & Kunnen)

Slide 2 - Tekstslide

Columbus maakte op zijn reizen gebruik van de wind. Waarom vertrok Columbus met zijn expeditie aan het eind van de zomer?
A
Vanwege de noordoostenwind
B
Vanwege de zuidwestenwind
C
Omdat de Atlantische oceaan dan relatief rustig is
D
Vanwege de oostenwind

Slide 3 - Quizvraag

Geef een omschrijving van het begrip exploitatiekolonie

Slide 4 - Open vraag

Geef 2 pushfactoren voor de migranten die vanuit Europa naar Amerika gingen.

Slide 5 - Open vraag

A-klimaat
B-klimaat
C-klimaat
D-klimaat
E-klimaat
droog klimaat
land klimaat
gematigd klimaat
tropisch klimaat
pool klimaat

Slide 6 - Sleepvraag

Noem de 5 temperatuurfactoren

Slide 7 - Open vraag

In het (mid-)noorden van de VS is het 's winters vaak erg koud. Noem twee temperatuurfactoren die deze kou in dit gebied veroorzaken.

Slide 8 - Open vraag

Juist of onjuist?
De Verenigde Staten liggen helemaal open voor winden uit het noorden, westen en zuiden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Aan de loefzijde is ?
A
Regenschaduw
B
Stuwingsregen
C
Stijgingsregen
D
Frontale regen

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de lijzijde van een berg?
A
De droge kant van de berg
B
De natte kant van de berg

Slide 11 - Quizvraag

Waar gebruik je een klimaatgrafiek voor?
A
Een klimaatgrafiek gebruik je om het weer te voorspellen.
B
Een klimaatgrafiek gebruik je om de temperatuur af te lezen.
C
Een klimaatgrafiek gebruik je om de neerslag af te lezen
D
Een klimaatgrafiek gebruik je om de temperatuur en neerslag af te lezen.

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent de rode lijn op een klimaatgrafiek?
A
Neerslag
B
Regen
C
Temperatuur
D
Hoogteligging

Slide 13 - Quizvraag

Welk klimaat hoort bij de klimaatgrafiek?
(Neerslag = 640 mm/jaar)
A
EF-klimaat
B
Af-klimaat
C
Df-klimaat
D
Cf-klimaat

Slide 14 - Quizvraag

Welk klimaat hoort bij de klimaatgrafiek?
(Neerslag = 670 mm/jaar)
A
EF-klimaat
B
Af-klimaat
C
Df-klimaat
D
Cf-klimaat

Slide 15 - Quizvraag

Welk klimaat hoort bij de klimaatgrafiek?
(Neerslag = 2365 mm/jaar)
A
EF-klimaat
B
Af-klimaat
C
Df-klimaat
D
Cf-klimaat

Slide 16 - Quizvraag

Welk klimaat hoort bij de klimaatgrafiek?
(Neerslag = 220 mm/jaar)
A
ET-klimaat
B
Cw-klimaat
C
Dw-klimaat
D
Df-klimaat

Slide 17 - Quizvraag

Welk klimaat hoort bij de klimaatgrafiek?
(Neerslag = 430 mm/jaar)
A
BW-klimaat
B
BS-klimaat
C
Aw-klimaat
D
Cw-klimaat

Slide 18 - Quizvraag

Welk klimaat hoort bij de klimaatgrafiek?
(Neerslag = 100 mm/jaar)
A
BW-klimaat
B
BS-klimaat
C
Aw-klimaat
D
Cs-klimaat

Slide 19 - Quizvraag

De immigranten in de Verenigde Staten vormen steeds meer een melting pot in plaats van een salad bowl.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Een andere naam voor CBD is edgecity.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving: Het apart wonen van bevolkingsgroepen met bepaalde kenmerken in bepaalde wijken.

Slide 22 - Open vraag

Neem 1 t/m 3 hieronder over en zet er de bijpassende naam van het deel van een Amerikaanse stad achter.

Slide 23 - Open vraag

Welke twee bevolkingsgroepen vormen in Los Angeles (in het zuidwesten van de Verenigde Staten) een veel groter deel van de bevolking dan in Detroit (in het noordoosten van de Verenigde Staten)?
A
Aziaten en Hispanics
B
Aziaten en blanken
C
Hispanics en zwarten
D
Zwarten en blanken

Slide 24 - Quizvraag

Wat is urban sprawl?
A
Groei van etnische wijken in de stad
B
enorme verspreiding van voorsteden over het omringende platteland
C
Groei van de centrale stad (stad weer in trek)
D
De afname van de leefbaarheid in de stad

Slide 25 - Quizvraag

In welk stadsdeel komt gentrificatie het meest voor?
A
edge city
B
CBD
C
inner city
D
suburbs

Slide 26 - Quizvraag

Sleep het begrip naar de juiste foto!
CBD
Centrale stad
Ring van suburbs
Getto
Downtown
Edge cities

Slide 27 - Sleepvraag

Koppel de verandering aan de plek waar de verandering plaatsvindt.
CBD
Getto/ oude binnenstad
randsteden
shopping malls
welk onderdeel van de stad verandert?
Wat is de verandering?
suburbs
oude industrieterreinen
Hier vindt gentrificatie plaats.
Deze plekken volgen de suburbs.
Er vestigen zich steeds meer internationale
    kantoren

Hier worden steeds vaker wonen, werken
    en recreëren gecombineerd.

De meeste bedrijven zijn verdwenen naar
    lagelonenlanden.

De afstand tot het werk neemt toe.

Slide 28 - Sleepvraag

Welke voor- en nadelen kan je bedenken bij gentrificatie?

Slide 29 - Open vraag

Van binnen naar buiten bestaat een Amerikaanse stad uit
A
CBD, centrale stad, suburbs
B
Centrale stad, downtown, suburbs
C
stadscentrum, CBD, downtown
D
suburbs, centrale stad, downtown

Slide 30 - Quizvraag

Hoe ging de quiz?
  • Je hebt zojuist een oefentoets gemaakt. Let wel op dat deze oefentoets niet volledig representatief is voor de echte toets. Tijdens de echte toets zal er meer een beroep worden gedaan op het toepassen van kennis en het leggen van verbanden m.b.v bronnen en de atlas. (zie volgende slide)
  • Wat ging goed en wat kon beter? Neem dit mee in je voorbereiding op de repetitie! 
  • Besteed de rest van de les aan het maken van een begrippenlijst (vetgedrukte woorden in je I-Book) en het maken van een samenvatting. Gebruik hiervoor eventueel het document Kennen en Kunnen op Teams.
  • Heb je nog vragen? Dan mag je me altijd even mailen of benaderen via Teams!

Slide 31 - Tekstslide

Soorten toetsvragen
Geef ...... Benoem ..... begrip, reden
Beschrijf ...... wat? algemeen patroon, uitzondering
Verklaar ..... zet je geografische bril op: dimensies!
Leg uit ...... hoe oorzaak X leidt tot gevolg Y
Beredeneer ..... 1, 2, 3 m.b.v. een atlaskaart / met een algemene regel (hoe... hoe...)

Slide 32 - Tekstslide

Atlasvaardigheden lastig?
Er staat een map op Teams Atlasvaardigheden. Lees de instructie nog eens door en oefen eventueel nog een paar zaken. Het belangrijkste is dat je weet hoe je zaken moet opzoeken. 

Slide 33 - Tekstslide