Voorbereiding examen FASE 3 23-24

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Voorbereiding examen FASE 3 23-24

Ali toont………………….voor de scheidsrechter door hem te bedanken na de voetbalwedstrijd.

1. de Grondwet
2. respect
3. plicht
4. recht

De belangrijkste regel die Nederland heeft, noemen we …………………

1. de Grondwet
2. respect
3. plicht
4. recht

John heeft de………………...zich te houden aan verkeersregels.

1. de Grondwet
2. respect
3. plicht
4. recht

Iedereen die bij een bedrijf werkt, heeft …………………….. op pauze.

1. de Grondwet
2. respect
3. plicht
4. recht

In alle landen kan je voor je mening uitkomen en alles zeggen over de regering zonder bang te hoeven zijn.

1. Waar
2. Niet waar

In Nederland mag je zelf weten of je naar school gaat.

1. Waar
2. Niet waar

Kwetsen betekent dat je heel veel in de klas zit te praten.

1. Waar
2. Niet waar

Dat iedereen in Nederland zijn of haar mening mag geven noemen we “Vrijheid van meningsuiting”.

1. Waar
2. Niet Waar

In Nederland mag iedereen zijn eigen keuzes maken. Maar het is wel belangrijk om rekening te houden met elkaar.
Voorbeeld: Je staat op voor een oude vrouw in de bus.
Hoe noem je dat?

1. Asociaal
2. Dom
3. Respect
4. Invloed

Wat is het verschil tussen een democratie en dictatuur?

Noem minimaal 2 soorten verkiezingen die er in Nederland zijn.

Kijk naar het plaatje.
Noem 4 dingen die met veiligheid hebben te maken.

Als een plek onveilig is, wordt er vaak geprobeerd om die plek veiliger te maken.
Er worden dan veiligheidsmaatregelen genomen. Een voorbeeld van een veiligheidsmaatregel is het weghalen van verkeerslichten op een gevaarlijk kruispunt.

1. Waar
2. Niet waar

Welke zin is goed?

1. In het wetboek staan regels waar je je niet aan hoeft te houden.
2. Verkeersregels zijn erg onveilig in het verkeer.
3. Als je 16 bent mag je geen sigaretten of alcohol kopen.
4. Als je 16 bent mag je geen sigaretten of alcohol kopen.

Taakstraf

Wet

Privacy

Overtreding

Misdrijf

Je mag dingen geheim houden.

Je houdt je niet aan een wet of regel.

Een regel die in een wetboek staat en waaraan je je moet houden.

Een straf waarbij je moet werken.

Een ernstige overtreding van een wet of regel.

Rick heeft in een winkel spullen gestolen en is gepakt door de politie.
Hij kreeg 8 maanden taakstraf en heeft nu een ……………………………. Het is nu moeilijker voor hem om een baan te vinden.

1. Rechter
2. Strafblad
3. Overtreding
4. Crimineel gedrag

Wat je in de media leest of ziet, kan invloed hebben op jouw mening.

1. Waar
2. Niet waar

Reclames die je ziet op tv of je telefoon kloppen altijd.

1. Waar
2. Niet waar

Welke zin is goed?

1. Veel mensen delen op sociale media alleen de leuke dingen uit hun leven.
2. Op sociale media hoef je geen respect te hebben voor elkaar.
3. Gemene berichten onder een foto op Facebook plaatsen is een voorbeeld van een hype.
4. Je bent mediawijs als je je wachtwoorden op internet zet zodat je ze niet kan vergeten.

Waarom is het niet zo slim wat Barry doet?

Welk logo hoort hier niet tussen?

Als je iets op internet zet, blijft het daar nog heel lang staan.

1. Waar
2. Niet waar