test jezelf :In der Stadt.

• Duits
• Middelbare school
• vmbo, mavo
• Leerjaar 2

Wat gaan we vandaag doen?

* test jezelf

*oefenen met lees- en luistervaardigheid.

*vragen voor de toets kijk-en luistervaardigheid.

test jezelf

formatieve toets

Geschäfte und den Weg fragen.

der Metzger

die Tankstelle

der Gemüseladen

die Bäckerei

der Friseur

die Konditorei

das Schuhgeschäft

de slager

het tankstation

de groentewinkel

de bakker

de kapper

de banketbakker

de schoenenwinkel

Wegbeschreibung 

in der Stadt

nach links

an der Ecke

geradeaus

bei der Ampel

die Straße

gegenüber

die erste Staße

die zweite Straße

Sie laufen

u loopt

de tweede straat

de eerste straat

tegenover

de straat

bij het stoplicht

rechtdoor

op de hoek

naar links

00:36

Waar moet de mevrouw naar rechts?

1. Bij de rotonde (Kreisverkehr)
2. Bij de bakker (Bäcker)
3. Bij de hoek (Ecke) van de straat
4. Bij het stoplicht (Ampel)

00:55

Waar moet de mevrouw naar links?

1. Bij de kruising (Kreuzung)
2. Bij het stoplicht (Ampel)
3. Bij de rotonde (Kreisverkehr)
4. Bij de bakker (Bäcker)

01:58

Waar moet de mevrouw na het stoplicht (Ampel) nu nog 400 meter op?

1. naar rechts
2. rechtdoor
3. naar links
4. terug

Leesstrategieën

Lesetext

Lees de tekst op de volgende slide en beantwoord de vragen. 

Marco hat gestern einen Brief an seine Eltern geschrieben. Aber wo ist die Post? Er hat die Adresse im Internet nicht gefunden. An der Bushaltestelle steht ein alter Mann. „Entschuldigung, wo ist bitte die Post?“, fragt Marco „In der Goethestraße“, antwortet der alte Mann. „Muss ich mit dem Bus fahren oder kann ich zu Fuß gehen?“, fragt Marco. „Dieser Bus hält direkt vor der Post. Sie müssen bei der dritten Station aussteigen“, sagt der alte Mann. „Ich möchte lieber zu Fuß gehen. Wie komme ich zur Goethestraße?“, fragt Marco. „Sie gehen diese Straße geradeaus und biegen an der ersten Kreuzung rechts ab. Nach 500 Metern kommen Sie an eine Ampel. Dort überqueren Sie die Straße und biegen nach links in die Schillerstraße ein. An der nächsten Kreuzung gehen Sie nach rechts in die Goethestraße. Dort ist die Post.“ Vielen Dank!“, sagt Marco und geht los. 

  Lesetext: Der Weg zur Post

Je gaat nu een tekst lezen over Marco die het postkantoor zoekt.

Klik op het oogje en de tekst wordt zichtbaar.

Klik op het kruisje en de tekst is weer weg.

Wo hat Marco die Adresse der Post nicht gefunden?
(Waar heeft Marco het adres van het postkantoor niet gevonden?)

Text

1. im Telefonbuch (in het telefoonboek)
2. im Internet (op internet)
3. auf dem Stadtplan (op de plattegrond van de stad)

Was möchte Marco auf der Post machen?
(Wat wil Marco op het postkantoor doen?)

Text

1. telefonieren (bellen)
2. Papier kaufen (papier kopen)
3. einen Brief abschicken (een brief verzenden)
4. nach dem Weg Fragen (de weg vragen)

Wo hält der Bus?
(Waar stopt de bus?)

Text

1. an der ersten Kreuzung (bij de eerste kruising)
2. vor der Post (voor het postkantoor)
3. nach 500 Metern (na 500 meter)
4. in der Schillerstraße (in de Schillerstraße)

Was muss Marco an der ersten Kreuzung tun?
(Wat moet Marco bij de eerste kruising doen?)

Text

1. nach links abbiegen (naar links gaan)
2. nach rechts abbiegen (naar rechts gaan)
3. aus dem Bus aussteigen (uit de bus stappen)
4. geradeaus weitergehen (rechtdoor verder lopen)

<--

^

l

->

nach links

geradeaus

bei der Ampel

der Kreisverkehr

über die Brücke

nach rechts

Bekijk de vertalingen van de zinnen en pas toe op de volgende dia's

Duits	Nederlands
Nehmen Sie die zweite Straβe links.	U neemt de 2e straat links.
Gehen Sie über den Platz.	U gaat over het plein.
Nehmen Sie die zweite Ausfahrt im Kreisverkehr.	U neemt de 2e afslag op de rotonde.
Gehen Sie an der Kirche vorbei.	U gaat langs de kerk.
Gehen Sie bis zur Kreuzung.	U gaat tot aan de kruising.
Überqueren Sie an der Ampel.	U steekt over bij het verkeerslicht.
Biegen Sie rechts ab.	U buigt naar rechts af.
Überqueren Sie die Brücke.	U steekt de brug over.
Gehen Sie geradeaus.	U gaat rechtdoor.
Gehen Sie die Straße entlang.	U loopt door de straat.
Gehen Sie die Hügel hinauf.	U loopt de heuvel op.

U buigt naar rechts af.

1. Überqueren Sie an der Ampel.
2. Gehen Sie die Straße entlang.
3. Biegen Sie rechts ab.
4. Gehen Sie über den Platz.

U neemt de 2e afslag op de rotonde.

1. Überqueren Sie an der Ampel.
2. Nehmen Sie die zweite Ausfahrt im Kreisverkehr.
3. Biegen Sie rechts ab.
4. Nehmen Sie die zweite Straβe links.

U loopt de heuvel op.

1. Gehen Sie die Hügel hinauf.
2. Gehen Sie an der Kirche vorbei.
3. Überqueren Sie die Brücke.
4. Nehmen Sie die zweite Straβe links.

Je begint bij het rode kruis.
Sie laufen geradeaus und bei der zweite
Straße links. Dann geradeaus über den
Kreisverkehr. Danach die erste Straße
links.
Waar ben je nu?

1. Tourist-information
2. Kino
3. Oper
4. Disko

Je begint bij de pijl.
Waar ga je volgens de
beschrijving naartoe?

Wegbeschreibung 1

1. zum Museum
2. zum Kino
3. zum Schloss
4. zum Parkplatz

Ik heb een goed gevoel over de te maken toets.

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Auf Wiedersehen!