1. Echoput: deksen eraf tillen. Zeg je naam met een beweging erbij (die bij jou past!). Groep doet het na in ritme (kennismaken/individuele inbreng/voor- en nadoen)
2. Klap Stamp Knie (saamhorigheid/individuele inbreng/puls/concentratie)
Klap: de beurt wordt doorgegeven aan de volgende in de kring
Stamp: de beurt wordt doorgegeven, waardoor de doorgeefrichting omdraait
Knip: de beurt wordt doorgegeven aan iemand op een andere plek in de kring
3. Geef een harde klap (concentratie/saamhorigheid/ritmes)
Geef een harde klap
Geef een harde klap en de grond een stap
Drie twee één: trommel op je been