2 havo spelling 5 +6

Wat zijn verwarwoorden? Hoe noem je verwarwoorden ook wel?
1 / 15
volgende
Slide 1: Open vraag
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat zijn verwarwoorden? Hoe noem je verwarwoorden ook wel?

Slide 1 - Open vraag

Spelling 5+6 
2 havo 

Slide 2 - Tekstslide

Vul in:
Ik ben naar de supermarkt ... (gaan)

Slide 3 - Open vraag

Vul in:
Ik heb het gisteren niet zo .... (bedoelen)

Slide 4 - Open vraag

..... (vinden) jij voetbal altijd de leukste sport?

Slide 5 - Open vraag

Vul in:
Hij .... (finishen) vorige week als eerste

Slide 6 - Open vraag

Lees de zin hieronder. Herschrijf de zin in de directe rede. Plaats het citaat vooraan in de zin.
Mijn moeder roept dat ik moet eten.

Slide 7 - Open vraag

Hieronder staat een zin. Verbeter de zin. Voeg komma’s toe waar dat nodig is.
Ik ga naar het concert want ik vind de zangeres goed.

Slide 8 - Open vraag

Je krijgt ook vragen als: 
Lees de tekst hieronder. Verbeter de acht fouten in de tekst. Denk aan hoofdletters, leestekens en de meervouds-n bij verwijzingen als alle(n)

Slide 9 - Tekstslide

Dat is een mooi dier. Dat is een ...
A
pouw
B
pauw

Slide 10 - Quizvraag

Hij zit in de ...
A
puberteit
B
pubertijd

Slide 11 - Quizvraag

Deze werkt op ..
A
elektriciteit
B
electriciteit

Slide 12 - Quizvraag

Oefenen op NUMO of Bijspijkeren 

Slide 13 - Tekstslide

Kan het .. uit ?
A
ligt
B
licht

Slide 14 - Quizvraag


Slide 15 - Open vraag