Les 4 Anatomie en fysiologie van het hart

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Anatomie, Fysiologie en Pathologie

Periode 2

Leerjaar 2

Lesindeling 

1. Welkom + Osiris
2. Herhaling vorige les 
3. Herhaling anatomie & fysiologie
4. Actieve werkvorm 
5. Afsluiting en huiswerk 
   

Vorige les

1. Welke medicijnen behoren tot de Sympatico-mimetica? 

2. Welke verschijnselen horen bij een pneumonie?

3. Bij welke aandoening is de obstructie in de longen niet reversibel?

4. Wat veroorzaakt de benauwdheid bij Astma?

5. Welke mensen lopen er meer risico op het oplopen van een klaplong?

Antwoorden:
1. Salbutamol en Terbutaline
2. Dyspnoe, hoesten, sputum, pijn bij het ademhalen.
3. COPD

4. Kramp in de spiertjes van de luchtwegen.

5. Mannen tussen de 20 en 40 jaar oud, personen met een lang, slank figuur en rokers. 

Lesdoelen

Aan het eind van de les kun je:

1. Kun je uitleggen hoe de bloedsomloop werkt
2. Weet je het verschil tussen de kamers en boezems
3. Kun je benoemen hoeveel kleppen het hart heeft, hoe deze genoemd worden, en wat hun functie is
4. Kun je de functie benoemen van de kransslagaders
5. Kun je uitleggen hoe het prikkelgeleidingssysteem van het hart werkt

Anatomie van het hart

De anatomie van het hart kun je verdelen in vijf onderwerpen:

1. Bloedsomloop

2. Kamers en boezems

3. Hartkleppen

4. Kransslagaders

5. Prikkelgeleidingssysteem

In principe kun je slide 6 t/m 10 overslaan.  Ga gelijk door naar slide 11 voor de actieve werkvorm.

Flipping the classroom. Als er aan het einde van de les nog informatie ontbreekt, kan slide 6 t/m 10 nog besproken worden. 

De bloedsomloop
Hoe zat het ook alweer? 

Plaatje links:
A. Longen

B. Slagaders (rood)
C. Aders (blauw)

D. Haarvaten

Plaatje rechts:

A. Linkerkamer

B. Rechterkamer

C. Bloed vanuit de longen

D. Bloed naar de longen

E. Bloed vanuit het lichaam

F. Bloed naar het lichaam

G. Aorta

H. Onderste en bovenste holle aders

Kamers & Boezems 

Het hart heeft vier holtes: 

• Linkeratrium (boezems)
• Linkerventrikel (kamer)

• Rechteratrium (boezem)
• Rechterventrikel (kamer)

In de linkerhelft van het hart wordt het zuurstofrijke bloed (rood in de tekening) verwerkt, in de rechterhelft het zuurstofarme bloed (blauw).

De linkerkamer = het werkpaard. De linkerkamer pompt het zuurstofrijke bloed tot in de tenen, de vingers en de kruin. De rechterkamer pompt het bloed uitsluitend naar de nabij gelegen longen. 

Hartkleppen

Een hart heeft vier kleppen die zorgen dat het bloed in de juiste richting stroomt. De linkerharthelft pompt het bloed richting weefsels en organen en de rechterharthelft naar de longen. 

Atrioventriculaire kleppen:
Mitraalklep > tussen linkeratrium/ linkerventrikel

Tricuspidaalklep > tussen rechteratrium/ rechterventrikel

Halvemaanvormige kleppen:
Aortaklep

Pulmonaalklep 

Bevinden zich op de plaats waar het bloed het hart verlaat. 

Kransslagaders

De hartspier ontvangt zuurstofrijkbloed via slagaders die het hart aan de buitenkant als een krans omvatten, de kransslagaders. 

Raakt een kransslagader afgesloten, dan kan dat ernstige gevolgen hebben. Het gevolg van een afgesloten slagader is een hartinfarct. Dit resulteert in pijn op de borst (POB). 

RCA: Rechter Coronair Arterie
LAD: Linker Coronair Arterie

Waarvan de linkerkransslagader zich snel in tweeën opsplitst:

LAD: Left Anterior Descending (linker voorste dalende)

Cx: Circumflex (maakt een beweging naar achteren)

Onderzoek/ hartkatheterisatie:
CAG: Coronair Angiografie

Interventies:
Dotteren: vernauwde kransslagader oprekken met ballon.
Plaatsen stent.

Bypassoperatie. 
Medicatie. 

Prikkelgeleidingssysteem

Sinusknoop = de pacemaker

Start: Sinusknoop > AV-knoop > Bundel van His > Bundeltakken en de Purkinje-vezels. 

Onderzoek:

• Hartfilmpje (ECG)

Behandeling: 

• Medicatie (anti-aritmica)
• Pacemaker > hartritme monitoren + ondersteunen
• ICD > preventief bij verhoogd risico op levensgevaarlijke ritmestoornis
• Ablatie > prikkel operatief wegbranden

ileren.be

Groepsindeling + onderwerp

Groep 1 Bloedsomloop	Groep 2 Kamers & boezems	Groep 3 Hartkleppen	Groep 4 Kransslagaders	Groep 5 Prikkelgeleidings-systeem
Leonie	Lise	Selene	Esma	Pooja
Raghad	Esmee	Renske	Marjam	Francis
Ladan	Nadia		Zarah	Absara
Aliya	Kubra

Benodigdheden:

Vijf flapovers.

Kleurstiften en/of markers.

Gekleurd A5 formaat papier (Quiz-kaarten)

Keuzebord

Kies met je groep drie vakjes: horizontaal, verticaal of diagonaal.

Wat weet je?	Wees creatief!	Pas toe!
Geef een beschrijving van het onderwerp.	Maak een tekening over het onderwerp. Geef een beknopte beschrijving van de tekening in een onderschrift.	Schrijf een medische brief aan een patiënt waarin je de patiënt uitnodigt voor een gesprek over het onderwerp.
Stel acht toetsvragen op voor je medestudenten (gebruik eventueel kahoot).	Maak 5 uitdagende quizkaarten met vraag en antwoord.	Geef voorlichting en advies aan de patiënt over het onderwerp door middel van een rollenspel.
Maak een mindmap over het onderwerp.	Zoek binnen school vijf elementen die te maken hebben met het onderwerp en maak hier een foto van. Verwerk dit in een poster, en geef een toelichting hierop.	Wat moet de patiënt weten over het onderwerp? Geef vijf tips.

Benodigdheden:

Vijf flapovers.

Kleurstiften en/of markers.

Gekleurd A5 formaat papier (Quiz-kaarten)

Deel 1: In groepen aan het werk

Wat: werken aan de opdracht

Op welke manier: in groepen

Klaar: verdiepen theorie

Hulp: Boek AFP hoofdstuk 6 & informatieve websites & studiegenoot

Uitkomst: opbrengst presenteren op een manier van het keuzebord

Tijd: 30 minuten

Handige website: www.hartwijzer.nl

Deel 2: groepen presenteren opbrengst

Huiswerk

• Schema hartmedicatie invullen > zie Cumlaude les 4 
• Observeer tijdens je stage welk hartmedicijn een patiënt gebruikt of aanvraagt (bijv. via een herhaalrecept). Onderzoek dit medicijn en neem je bevindingen mee naar de volgende les.