In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Ben je er klaar voor?
A
ja
B
nee
Slide 1 - Quizvraag
Zakelijk telefoongesprek
Slide 2 - Tekstslide
Onderwerp
Een zakelijk telefoongesprek voorbereiden en voeren
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
- Je bereidt een zakelijk telefoongesprek voor
- Je voert een zakelijk telefoongesprek
Slide 4 - Tekstslide
zakelijk telefoneren
Slide 5 - Tekstslide
Zakelijke telefoongesprek
In een werksituatie heb je vaak telefonisch contact met klanten, collega’s of leidinggevenden. Dat zijn zakelijke telefoongesprekken.
In een zakelijke telefoongesprek spreek je duidelijk en gebruik je formele taal als u en meneer of mevrouw. Luister tijdens zo’n telefoongesprek extra goed. Omdat je elkaar niet ziet, moet je het zonder de non-verbale informatie doen.
Slide 6 - Tekstslide
Een zakelijk telefoongesprek open je met zinnen als:
- Goedemorgen / Goedemiddag
- U spreekt met…
- Komt het gelegen dat ik u even bel?
Slide 7 - Tekstslide
Bij de afsluiting van het gesprek gebruik je de volgende zinnen:
- Hartelijk dank voor het gesprek
- Nog een prettige dag verder
Slide 8 - Tekstslide
Andere standaardzinnen:
- Hebt u een ogenblik?
- Ik zal het even navragen
- Hebt u nog meer vragen?
- Kan ik verder nog iets voor u doen?
Slide 9 - Tekstslide
voorbereiden
Een zakelijk telefoongesprek moet je voorbereiden. Bedenk bijv. van tevoren welke vragen je wilt stellen. Leg zo nodig alle informatie klaar die gevraagd kan worden, zoals een e-mail, een ordernummer of bestelgegevens.
Slide 10 - Tekstslide
voorbereiden
Maak tijdens het gesprek aantekeningen of schrijf direct na het bellen de belangrijkste informatie op. Noteer in elk geval:
- Naam van diegene met wie je gesproken hebt
- Functie van diegene met wie je gesproken hebt
- De zaken die besproken zijn
Slide 11 - Tekstslide
Een zakelijk telefoongesprek voer je met iemand die je ...
A
persoonlijk kent.
B
niet persoonlijk kent.
Slide 12 - Quizvraag
De volgorde bij een zakelijk telefoongesprek
A
begroeting - naam van het bedrijf - dan eigen naam
B
eigen naam - begroeting - naam bedrijf
C
begroeting - eigen naam - naam van het bedrijf
D
dat maakt niet uit
Slide 13 - Quizvraag
Je begint een zakelijk telefoongesprek met:
A
Hoi met ...
B
Goedemorgen/goedemiddag u spreekt met ...
C
Hallo met ...
D
Hallootjes, u spreekt met ...
Slide 14 - Quizvraag
Als je jezelf in een zakelijk telefoongesprek voorstelt, dan doe je dat:
A
alleen met je voornaam
B
met een schuilnaam
C
met je voornaam en je achternaam
D
met je voornaam, achternaam en organisatie
Slide 15 - Quizvraag
Wat leg je altijd vast als je een zakelijk telefoongesprek voert?
A
Wie er heeft gebeld.
B
Het hele gesprek.
C
De plaats waaruit de beller belt.
Slide 16 - Quizvraag
Dit past in een zakelijk telefoongesprek:
A
Komt het gelegen dat ik u bel?
B
Hebt u een ogenblik?
C
Ik zal het even navragen.
D
Dat weet ik niet.
Slide 17 - Quizvraag
Wat hoort niet bij een zakelijk telefoongesprek?
A
Een vaste opbouw
B
Non-verbale communicatie
C
Afstand tussen jou en degene die je spreekt
D
Formele taal
Slide 18 - Quizvraag
Een zakelijk telefoongesprek is een voorbeeld van:
A
Informeel gesprek
B
Formeel gesprek
Slide 19 - Quizvraag
Voordat ik ophang bij een professioneel zakelijk telefoongesprek is het belangrijk dat...