In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Nederlands
Nederlands
Slide 1 - Tekstslide
Lezen
timer
5:00
Slide 2 - Tekstslide
Check in?
A
groene smiley
B
oranje smiley
C
rode smiley
Slide 3 - Quizvraag
Programma:
Terugblik vorige les
Plannen woorden leren
Paragraaf woorden
Lesvragen:
Ik weet wat een samenstelling is
Ik weet de betekenis van de volgende woorden
timer
7:00
Slide 4 - Tekstslide
Woorden leren met bingo
Je moet 24 woorden uit de paragraaf woorden leren. Hoe kan je dit doen?
Probeer vier verschillende strategieën uit
Zorg ervoor dat je iedere dag 5 minuten hiermee oefent
Plan voor 2 weken in
We gaan leren door zelf zinnen te maken met woorden. Bekijk eerst welke woorden je moeilijk vindt Gebruik hiervoor je flitskaartjes óf de online woordtrainer.
1.
2.
3.
4.
timer
7:00
Slide 5 - Tekstslide
Als je zelf iets nieuws kan maken of bedenken, ben je heel...
A
B
C
D
E
F
G
H
I
S
R
P
O
N
J
K
L
M
T
E
Slide 6 - Sleepvraag
Maak een zin met het woord
uit de vorige opdracht. Uit jouw zin moet duidelijk zijn, wat het woord betekent.
Slide 7 - Open vraag
Welke afbeelding past het beste bij het woord 'paragraaf'?
A
B
Slide 8 - Quizvraag
Wat veel mensen leuk of aantrekkelijk vinden, noem je...
a
b
c
d
e
f
j
k
l
A
A
A
A
i
o
p
u
r
a
p
Slide 9 - Sleepvraag
Maak een zin met het woord
uit de vorige opdracht. Uit jouw zin moet duidelijk zijn, wat het woord betekent.
Slide 10 - Open vraag
Welke afbeelding past het beste bij het woord 'spotten met'?
A
B
Slide 11 - Quizvraag
Verwerking
Maak de volgende opdrachten
1 Wat een talent , paragraaf Woorden blz. 37
Opdracht 4,5,6,7, 10, 11, 12, 13 , 14, 18, 19, 20
Klaar:
Nakijken (volgende dia Lessonup)
Woordzoeker maken woorden 1 en 2
Via digitale methode: (flitskaartjes - test jezelf lezen / woorden - versterk jezelf.