VR1 AK college meningsvorming

Meningsvorming en burgerschap
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Meningsvorming en burgerschap

Slide 1 - Tekstslide

Meningsvorming en burgerschap
Deze les:
  • Waarom burgerschap?
  • Meningsvorming, stellingen en debatteren.
  • Het grote formatiespel!


Slide 2 - Tekstslide

Opdrachten VR1AK
Nog even op een rij:
- portfolio maken (80%), inleveren via Canvas in toetsweek uiterlijk op 22 januari 2024
- tussentijdse opdrachten (20%): opdracht 1-3 portfolio ingeleverd via Teams, opdracht AK-activiteit in de praktijk, toevoegen aan je portfolio
Denk aan de TMH vormcriteria!

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Burgerschap
  • Functioneren van de Nederlandse democratie
  •  Gedragen naar de algemene normen en waarden.
  • Een mening vormen en deze beargumenteren.
  • Omgaan met verschillen(de meningen).
  • .........

Slide 6 - Tekstslide

Burgerschap als apart vak?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Kijkopdracht:
Wat vind je in het volgende filmpje van de onderbouwing die de mensen geven bij hun antwoorden?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Meningsvorming vanuit AK
1. Waarnemen. Wat zie ik? Waar zie ik het? Hoe ziet het eruit?
2. Herkennen. Heb ik dat al eens eerder gezien? Lijkt het op iets dat ergens anders ook voorkomt?
3. Verklaren. Waardoor komt dit? Waardoor is het hier of juist daar? Waardoor is dat daar zo?
4. Waarderen. Wat vind ik ervan? Hoe kan het ook anders? (multiperspectiveit!)

Slide 11 - Tekstslide

Deze mensen ...

Slide 12 - Woordweb

Meningsvorming 
Een mening is wat iemand vindt van iets. Met een mening kun je het eens zijn of oneens. ... Een argument geeft aan waarom je een bepaalde mening hebt. In een tekst vind je argumenten door te zoeken naar signaalwoorden, zoals want, omdat, namelijk en immers.

Bron: http://nederlandsopthamen.weebly.com/

Slide 13 - Tekstslide

Meningsvorming
  • Een mening is wat iemand vindt.

  • Een argument is waarom iemand iets vindt. 

  • Een sterke mening is iets anders dan een sterk onderbouwde mening. 

Slide 14 - Tekstslide

Debatteren
  • Discussiëren met regels. 
  • Debat over een stelling met voor- en tegenstanders. 

Slide 15 - Tekstslide

Waarom (kinderen) leren debatteren? 
- Je leert voor een groep spreken.
- Je leert naar anderen luisteren. 
- Je leert je mening vormen en onderbouwen.
Kerndoelen aardrijkskunde:
36. De leerlingen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger 
37. De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. 
38.De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met verschillen in opvattingen van mensen
 

Slide 16 - Tekstslide

Organisatie van een debat
- Teams van x leerlingen
- Stelling.
- Opstelling.
- De vorm: aanvoerders aan het woord.
teams aan het woord, onderling beraad, concluderen.
- Laat je kinderen een stelling verdedigen waar ze niet achter staan?

http://www.debatindeklas.nl/debatvormen/



Slide 17 - Tekstslide

Hoe zie je jouw rol als leerkracht bij het leiden van een debat tussen je leerlingen?

Slide 18 - Open vraag

Hoe zie je jouw rol als leerkracht bij het leiden van een debat tussen je leerlingen? 

Slide 19 - Tekstslide

Debatteren als spelvorm 
  • Debatteren is een kunst, een sport en een spel.
  • De kunst is het tonen van overtuigingskracht
  • De sport is om het daarbij beter te doen dan je tegenstander
  • Het spel ligt in het feit dat je niet per se je eigen mening verkondigt

Als leerkracht is het je taak niet jouw mening over te brengen maar om meningsvorming bij je leerlingen te stimuleren.

Slide 20 - Tekstslide

In de Nederlandse politiek moet een twee-partijen stelsel worden ingevoerd* *vergelijkbaar met het Amerikaanse partijenstelsel

Slide 21 - Poll

De publieke omroep moet minstens twee uur per week zendtijd bieden aan extreme standpunten
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag

Het vuurwerkverbod is een goed besluit om milieu, zorg en hulpdiensten te ontzien!
Eens of oneens?

Slide 23 - Woordweb

Hoe maak je zelf een stelling? 
  • Bedenk aansprekend onderwerp.

  • Bedenk een scherpe, bondige en prikkelende formulering voor de stelling. (max. 10 woorden)

  • Check je stelling: argumenten voor en tegen mogelijk? Kun je er een mening over hebben?  Je stelling bevat geen argument. 

Slide 24 - Tekstslide


In tweetallen: 
student 1 neemt een stelling in. 
Student 2 probeert de ander van het tegendeel te bewijzen, maar mag alleen maar vragen stellen. 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

 In de Nederlandse politiek moet een twee-partijen stelsel worden ingevoerd, vergelijkbaar met het Amerikaanse partijenstelsel?

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Aan de slag met standpunten

Slide 29 - Tekstslide

Het formatiespel
Stap 1. 
Vorm groepjes van 3 of 4 en ga bij elkaar zitten. 
Ga in groepjes uit elkaar zitten. Jullie vergaderen straks in het geheim!



timer
3:00

Slide 30 - Tekstslide

Het formatiespel

Stap 2. 
Maak een verkiezingsprogramma:
  • Kies 10 punten uit die jullie belangrijk vinden. 
  • Kruis aan of jullie het eens of oneens zijn.
  • Ga met echt met je partijgenoten in discussie!

     

timer
15:00

Slide 31 - Tekstslide

Het formatiespel
Stap 3.
Zet je standpunten in volgorde. Het voor jullie belangrijkste standpunt krijgt 10 punten. Het standpunt erna 9, etc. 

Houd jullie standpunten geheim!
timer
10:00

Slide 32 - Tekstslide

Het formatiespel
Stap 4.
  • Zoek een ander groepje en onderhandel over een regeerakkoord van 10 standpunten.
  • Het doel is om zoveel mogelijk punten te scoren. Je kunt dus een standpunt met weinig punten opofferen tegen een standpunt met veel punten. 
  • Houdt je toegekende punten nog wel geheim!
timer
15:00

Slide 33 - Tekstslide

Aanpak
1. groepen maken
2. individueel invullen: 10 standpunten kiezen
3. met je groep top 5 kiezen
4. top 3 daarvan voorbereiden met argumenten
5. presenteren aan het publiek
6. publiek kiest het best beargumenteerde standpunt van de presentatiegroep
7. favoriete standpunten van de hele groep

Slide 34 - Tekstslide