3HV chapitre 1 het bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
in het Frans
in het Frans
1 / 21
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Bijvoeglijk naamwoord
in het Frans
in het Frans
Slide 1 - Woordweb
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
In het Frans staat het bijvoeglijk naamwoord meestal ..... het zelfstandig naamwoord.
A
voor
B
achter
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.
A
Elle est une chanteuse française.
B
Elle est une française chanteuse.
Slide 10 - Quizvraag
Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.
A
Ce sont des photos belles.
B
Ce sont des belles photos.
Slide 11 - Quizvraag
Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.
A
C'est une fille petite.
B
C'est une petite fille.
Slide 12 - Quizvraag
Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.
A
C'est un YouTubeur populaire.
B
C'est un populaire YouTubeur.
Slide 13 - Quizvraag
Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.
A
Marcel est un garçon français.
B
Marcel est un français garçon.
Slide 14 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in.
rouge → Je porte une jupe _______ .
rouge → Je porte une jupe _______ .
Slide 15 - Open vraag
Vul de juiste vorm in.
nouveau → C'est la _______ chanson de Stromae.
nouveau → C'est la _______ chanson de Stromae.
Slide 16 - Open vraag
Vul de juiste vorm in.
italien → J'aime la mode _________ .
italien → J'aime la mode _________ .
Slide 17 - Open vraag
Vul de juiste vorm in.
heureux → Sophie est ________ .
heureux → Sophie est ________ .
Slide 18 - Open vraag
Vul de juiste vorm in.
intéressant → J'adore les livres de Harry Potter. Ils sont ________.
intéressant → J'adore les livres de Harry Potter. Ils sont ________.
Slide 19 - Open vraag
Vul de juiste vorm in.
actif → Voilà deux filles ________.
actif → Voilà deux filles ________.
Slide 20 - Open vraag
Vul de juiste vorm in.
vieux → C'est une ________ dame.
vieux → C'est une ________ dame.
