In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom in de geschiedenisles!
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen vandaag?
Doelen
Uitleg
Opdrachten
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het eind van deze les:
Kan je de kenmerkende aspect
7. De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa.
8. De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten.
verder uitdiepen .
Je begrijpt hoe het christendom is ontstaan en verspreid in de Oudheid (T1-T2-I)
Slide 3 - Tekstslide
Romeinen gebruikten de rivieren als handelsroutes voor zware ladingen
Rome had een aparte haven genaamd Ostia. Hier kwam graan en olie uit het hele Romeinse rijk aan om de bevolking van Rome te voeden (1 miljoen mensen)
Goederen uit het hele rijk werden via de Middellandse zee vervoerd
Het wegennetwerk van 250 000 km zorgde voor verbindingen tussen de Romeinse steden
Slide 4 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Het Forum Romanum (Romeins marktplein) was het politieke, juridische, religieuze en commerciële centrum van Rome.
Het Colosseum heet eigenlijk Amphitheatrum Flavium. Het was het grootste amfitheater van het Romeinse Rijk. Het was een centrum van geweldadige entertainment (gladiatorenspelen). Dit vormde een belangrijk element van de Romeinse cultuur.
Het Circus Maximus was een groot stadion in Rome. Het circus werd voornamelijk gebruikt voor de populaire wagenrennen. Er was plaats voor 250 000 mensen.
Dit schaalmodel werd vanaf 1933 gemaakt door de archeoloog en architect Italo Gismondi, in opdracht van de Italiaanse dictator Mussolini. Het laat Rome zien zoals het was rond 300 n. Chr.
Gismondi deed er in totaal 37 jaar over om het schaalmodel af te maken.
Om voldoende drinkwater in Rome te hebben, gebruikten de Romeinen aquaducten om water uit de bergen vervoeren (naar grote waterbassins). Dit is het Aqua Claudia.
Het Pantheon was gebouwd als tempel. Tegenwoordig is het één van de meest bezochte toeristische attracties in Rome. Het gebouw bevat veel kenmerken van Griekse architectuur.
Slide 5 - Tekstslide
Limes
De Romeinen maken vaak gebruik van natuurlijke grenzen zoals: zeeën, rivieren, bergen en woestijnen.
Maar als het nodig is bouwen ze een versterkte grens met wachttorens en forten. Zo'n grens heet limes.
Slide 6 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn.
Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Slide 7 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Bij Nijmegen (Noviamagus) en Xanten (Castra Vetera) lagen castra. Een castra is een groot fort, meestal voor een legioen. Dit was een leger van ongeveer 6000 soldaten.
Bij Utrecht (Trajectum) lag een castellum. Een castellum is een klein fort, meestal voor een cohort. Dit was een leger van ongeveer 600 soldaten.
De wachttoren die je bij de vorige slide zag, stond bij Vechten (Fectio)
De Tubanten (Tubanti) waren Germanen die in het oosten van het huidige Nederland woonden. De naam kom je tegenwoordig in dit gebied nog regelmatig tegen: de naam Twente is er van afgeleid, net als de naam van de regionale krant Tubantia.
De Bataven woonden in het gebied rond de grote rivieren. Dit gebied heet tegenwoordig de Betuwe, en vermoedelijk komt de naam van de Bataven
Slide 8 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van het castellum Leiden-Roomburg
Slide 9 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van het mini-castellum bij Den Haag
Slide 10 - Tekstslide
De Limes in Nederland
In Nederland is de grens van het Romeinse Rijk de rivier Rijn. Langs deze rivier bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
Vanaf de grens kunnen ze de stammen in het noorden van het Rijk in de gaten houden, maar óók handel met ze drijven.
Reconstructie van Castra Noviomagus (Nijmegen)
Slide 11 - Tekstslide
wat is romanisering?
Slide 12 - Woordweb
Romanisering
Het contact tussen de mensen in deze streek en de Romeinen is intensief.
Dat is ook niet zo vreemd: de Romeinen zijn hier ruim 400 jaar, en door handel en huwelijken worden gebruiken overgenomen.
Het overnemen van Romeinse gebruiken (taal, kleding, cultuur) heet romanisering
Reconstructie van een Villa Rustica
Slide 13 - Tekstslide
waar denk je aan bij 'Barbaars'
Slide 14 - Woordweb
Julius Caesar in Nederland
Caesar moordt in 55 v. Chr. twee stammen uit.
1. Hij schrijft over de gebeurtenis in zijn eigen boek (de Gallische oorlogen)
2. Archeologische vondsten en chemische analyse bewijzen dat deze moord heeft plaatsgevonden en dat de slachtoffers Germanen waren (DNA vergeleken met andere stammen)
Schedelwond
Dit is een wond van een werpspeer in de schedel van een Germaanse vrouw
Slide 15 - Tekstslide
Wat zegt deze bron over de manier waarop de Romeinen naar de Germanen kijken?
Slide 16 - Open vraag
Welk doel hoopt Caesar volgens jou te bereiken door dit verhaal op te schrijven?
Slide 17 - Open vraag
Als je deze gebeurtenis bekijkt met een hedendaagse blik: Is hier sprake van genocide?
Slide 18 - Open vraag
Romeinse bronnen
Er is veel geschreven overde Germanen niets doorde Germanen
De Romeinen en Grieken bekijken de Germanen eenzijdig
Je moet dus twijfelen over de betrouwbaarheid en doel van de bronnen.
Slide 19 - Tekstslide
Romeinen in Nederland
De Romeinse tijd (58 v. Chr. - ±400 n. Chr) is een belangrijke periode voor ons gebied.
Zo nemen de Romeinen ijzer mee, dat handig is als gereedschap, maar ook het schrift.
Hiermee eindigt ook bij ons de prehistorie en begint de historie.
Slide 20 - Tekstslide
Rijke en machtige mensen gaan zich steeds meer gedragen als Romeinen: ze kleden zich als Romeinen, spreken de taal en laten 'Romeinse' huizen bouwen. Dit is een Villa Urbana in West-Europa
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Germanen en Romeinen!
Slide 23 - Tekstslide
Slag in het Teutoburgerwoud:
14 v. Chr. Laatste daadwerkelijke invasie van Germania door de Romeinen
Doel: Grens verleggen van de Rijn naar de Elbe.
Romeinen waren beter in grote open veldslagen.
Germanen vielen de Romeinen aan op hun zwakte.
De grens (Limes) bleef bij de Rijn ipv de Elbe.
Slide 24 - Tekstslide
In welke maatschappijtype leefde de Germanen? Gebruik bronelementen in je antwoord.
Slide 25 - Open vraag
Slide 26 - Tekstslide
Ontmoeting van culturen: vanaf 1e eeuw n. Chr.
Grensgebied hielden de Germanen en Romeinen contact:
De Germanen:
Dreven handel met de Romeinen.
Gingen dienen in het Romeins ((Grens) leger) (vanaf de 3e eeuw n. Chr.)
Importeerde Romeinse producten. (ijzer en technologie)
Romeinen en Germanen
Slide 27 - Tekstslide
Leven onder de Romeinen
De Romeinen laten de overwonnen volken vaak hun gebruiken en godsdienst houden.
En zolang de volken belasting betalen (o.a. door soldaten voor de hulptroepen te leveren), zijn er weinig problemen: precies wat de Romeinen willen.
Slide 28 - Tekstslide
Koninkrijk?
De stadstaat Rome is ooit een koninkrijk geweest,
hoewel daar erg weinig over bekend is.
En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?
De belangrijkste volken rondom het Romeinse Rijk tussen de 2e-5e eeuw
Hunnen
Angelen
Saksen
Vandalen
Visigoten
Ostrogoten
Slide 29 - Tekstslide
Het Rijk in de problemen
Het gaat niet goed met het Romeinse Rijk: de keizers zijn vooral bezig met ruzies en feesten.
Tijdens de PAX ROMANA (Romeinse vrede) was het de Romeinen steeds gelukt om weinig oorlog te voeren en een stabiel rijk te hebben. Maar toen:
steeds meer Germanen komen de grens over en moeten worden betaald om niet aan te vallen
ruzies tussen generaals over de keizerstitel (235-284). De ruzies zorgen voor burgeroorlogen.
De Amerikaanse schilder Thomas Cole maakte tussen 1833-1836 een serie schilderijen over een niet-bestaand rijk, dat erg lijkt op het Romeinse Rijk (maar het niet is!).
Dit schilderij is het derde deel van de serie heet Consummation (verorbering), en laat zien dat er vooral heel veel gefeest wordt.
Slide 30 - Tekstslide
tussen 235 en 284 waren er meer dan 50 keizers! hoeveel procent werd daarvan vermoord denk je?
A
10 procent
B
30 procent
C
50 procent
D
60 procent
Slide 31 - Quizvraag
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
economisch
politiek
militair
hogere kosten
snelle opvolging van keizers
de Romeinse soldaten kunnen niet meer op tegen de Germanen
Slide 34 - Sleepvraag
Christenen in het Romeinse Rijk
Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk.
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof
zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.
De Grote Volksverhuizing tussen de 3e en 5e eeuw.
De Hunnen waren een stam uit Azië. Ze waren gevreesd omdat ze erg wreed zouden zijn. Europese stammen slaan op de vlucht en kunnen, nu de grenzen niet meer zijn bewaakt, het Romeinse Rijk binnentrekken.
De Vandalen kwamen helemaal tot aan Rome. Ze plunderden de stad een paar keer en roofden zelfs het goud van de tempeldaken. Het begrip vandalisme komt inderdaad van de plunderende Vandalen.
De Angelen en Saksen steken de Noordzee over en komen terecht in Engeland.
Veel namen van stammen kom je tegenwoordig nog steeds tegen in namen van landen en streken: Franci (Frankrijk), Alemanni (Duitsland, in het Frans: Allemange), Bavarii (Beieren), enz.
Slide 35 - Tekstslide
Grote Volksverhuizing
3e eeuw - 5e eeuw
Europese stammen slaan op de vlucht
Trekken het onbewaakte Romeinse Rijk binnen
Slide 36 - Tekstslide
Het Rijk wordt gesplitst
395
Het Rijk wordt in 395 twee stukken gedeeld.
Het oostelijk deel wordt het Oost-Romeinse Rijk. De hoofdstad is Constantinopel.
In het West-Romeinse Rijk blijft Rome (voorlopig) de hoofdstad.
Beide rijken hebben een eigen keizer.
Slide 37 - Tekstslide
Stappen:
1. Teken het volgende schema na op papier (hoeft niet in je aantekeningenschrift)
2. Lees de bronnen ( A t/m F) één voor één. Beantwoord daarna de vragen.
3. Zet een punt op de x-as en de y-as. Verbind de twee punt met elkaar. Schrijf vervolgens de letter van de bron in het waardenkwadrant.
4. Beantwoord daarna de algemene vragen
timer
20:00
Slide 38 - Tekstslide
1. Hoe denken de Romeinse schrijvers over de Belgen? 2. Hoe barbaars of beschaafd vinden de Romeinen de Belgen? 3. Hebben de Romeinen bewondering of minachting voor de Belgen? 4. Schrijf de letter A in je kwadrant op papier.
Slide 39 - Open vraag
1. Hoe denken de Romeinse schrijvers over de Chauken? 2. Hoe barbaars of beschaafd vinden de Romeinen de Chauken? 3. Hebben de Romeinen bewondering of minachting voor de Chauken? 4. Schrijf de letter B in je kwadrant op papier.
Slide 40 - Open vraag
1. Hoe denken de Romeinse schrijvers over de Nerviërs? 2. Hoe barbaars of beschaafd vinden de Romeinen de Nerviërs? 3. Hebben de Romeinen bewondering of minachting voor de Nerviërs? 4. Schrijf de letter C in je kwadrant op papier.
Slide 41 - Open vraag
1. Hoe denken de Romeinse schrijvers over de Bataven? 2. Hoe barbaars of beschaafd vinden de Romeinen de Bataven? 3. Hebben de Romeinen bewondering of minachting voor de Bataven? 4. Schrijf de letter D in je kwadrant op papier.
Slide 42 - Open vraag
1. Hoe denken de Romeinse schrijvers over de Cherusken? 2. Hoe barbaars of beschaafd vinden de Romeinen de Cherusken? 3. Hebben de Romeinen bewondering of minachting voor de Cherusken? 4. Schrijf de letter E in je kwadrant op papier.
Slide 43 - Open vraag
1. Hoe denken de Romeinse schrijvers over de Friezen? 2. Hoe barbaars of beschaafd vinden de Romeinen de Friezen? 3. Hebben de Romeinen bewondering of minachting voor de Friezen? 4. Schrijf de letter F in je kwadrant op papier.
Slide 44 - Open vraag
Afsluiting
Aan het eind van deze les:
13. Je (her)kent en begrijpt de vijf kenmerkende aspecten van de Oudheid. (R)
Je kent de begrippen filosofie, rationalisme, wetenschap
Je (her)kent kenmerken van Grieks wetenschappelijk denken in bronteksten (T2)